Mont Ventoux
Met de fiets door een “vergeten” Haute Provence
De legendarische berg Mont Ventoux staat bij vele Vlaamse en Nederlandse wielertoeristen als ultieme uitdaging genoteerd zoals Santiago de Compostela bij de pelgrim. Het fietsarrangement van de Hostellerie du Val de Sault “Op ontdekkingsreis per fiets door een vergeten Provence” is een geslaagd initiatief van uitbater/kok Yves Gattechaut om de recreatieve fietser kennis te laten maken met de bergregio rondom de vlakte van Sault. Wij fietsten vier van de door het hotel voorgestelde routes.
Hostellerie Val de Sault *** Op zijn achttiende levensjaar droomde Yves Gattechaut van zijn eigen hotel. Twaalf jaar geleden gaat zijn droom in vervulling wanneer hij aan de rand van het dorp en het bos op de heuvelrug boven de vlakte van Sault de ideale plek ontdekt. Eigenhandig construeert hij een driesterren hotel, in harmonie met het natuurlandschap. Twintig over het terrein verspreide bungalows onder vorm van 11 salonkamers, 5 suites en 4 Oosters-Provence duplexhuisjes liggen verspreid over het terrein omheen een openluchtzwembad, een jacuzzi, een fitnesshut en een binnenbad. |
Enkelhoge gestapelde stenen muurtjes bakenen de paadjes af. Rusthoekjes, Aziatische tuinornamenten en bloemenperken geven het geheel het uitzicht van een paradijselijke tuin. Ontbijten doe je in een aparte theechalet aan het zwembad. Yves Gattechaut tovert persoonlijk een heerlijk gastronomische vijf- of zevengangenmaaltijd op tafel in zijn restaurant “Regain”en gaat prat op zijn “Hommage à la Truffe”, een exclusief truffelmenu. Op het grote sfeervolle terras, op de ligstoelen aan het zwembad of op het terrasje van je bungalow is het heerlijk genieten van de geuren en kleuren van de Provence ... met zicht op de vlakte van Sault en de Mont Ventoux.
Sault, het ideale uitgangspunt voor fietstochten
De oude hoofdstad van het vroegere graafschap Sault (766 m) ligt op een rots boven de vallei van het riviertje de Nesque, een hoogvlakte aan de voet van de Mont-Ventoux. De naam Sault is afgeleid van het Latijnse Saltus, land van bossen. Het stadje ligt centraal tussen de Mont Ventoux, de Gorges de la Nesque, de vallei van de Toulourenc, de bergen en de hoogvlakte van Albion. In Sault komen acht kleine departementale wegen toe. Het landschap vertoont naar iedere windstreek een totaal ander karakter. Dit maakt Sault tot het ideale uitgangspunt voor gevarieerde fietstochten. De wilde schoonheid van de berglandschappen, het ruwe karakter van de diep uitgeslepen kloven en ravijnen van de Vaucluse met hun specifieke vegetatie mengen zich met de rode klaprozen, de blauwe lavendel of het gele koren van de hoogvlaktes. Denk eraan dat je in een bergstreek fiets, maar met een beetje planning en onze routetips herleid je het stijgingspercentage tot een minimum en gebruik je de steilere hangen voor de afdaling. Het centrum van het middeleeuwse stadje is een kluwen van smalle steegjes, slingerend doorheen statige omhoog rijzende huizen met rechthoekige vensters en kleurrijke houten luiken. Op verborgen plekjes aan de stadsrand op het rotsuiteinde, is het genieten van heerlijke panorama’s over de vlakte van Sault en op de Mont Ventoux. Zoals elke oud Frans stadje is Sault een “Lavoir”, een overdekt wasbekken, rijk. Aan de stadsrand prijken nog enkele torens. Centraal liggen drie pleintjes: Place du Château, Place de l’église met de Romaanse Notre Dame de la Tour en de Place du Marché met zijn gezellige ingesloten terrasjes onder de kastanjebomen.
De oude hoofdstad van het vroegere graafschap Sault (766 m) ligt op een rots boven de vallei van het riviertje de Nesque, een hoogvlakte aan de voet van de Mont-Ventoux. De naam Sault is afgeleid van het Latijnse Saltus, land van bossen. Het stadje ligt centraal tussen de Mont Ventoux, de Gorges de la Nesque, de vallei van de Toulourenc, de bergen en de hoogvlakte van Albion. In Sault komen acht kleine departementale wegen toe. Het landschap vertoont naar iedere windstreek een totaal ander karakter. Dit maakt Sault tot het ideale uitgangspunt voor gevarieerde fietstochten. De wilde schoonheid van de berglandschappen, het ruwe karakter van de diep uitgeslepen kloven en ravijnen van de Vaucluse met hun specifieke vegetatie mengen zich met de rode klaprozen, de blauwe lavendel of het gele koren van de hoogvlaktes. Denk eraan dat je in een bergstreek fiets, maar met een beetje planning en onze routetips herleid je het stijgingspercentage tot een minimum en gebruik je de steilere hangen voor de afdaling. Het centrum van het middeleeuwse stadje is een kluwen van smalle steegjes, slingerend doorheen statige omhoog rijzende huizen met rechthoekige vensters en kleurrijke houten luiken. Op verborgen plekjes aan de stadsrand op het rotsuiteinde, is het genieten van heerlijke panorama’s over de vlakte van Sault en op de Mont Ventoux. Zoals elke oud Frans stadje is Sault een “Lavoir”, een overdekt wasbekken, rijk. Aan de stadsrand prijken nog enkele torens. Centraal liggen drie pleintjes: Place du Château, Place de l’église met de Romaanse Notre Dame de la Tour en de Place du Marché met zijn gezellige ingesloten terrasjes onder de kastanjebomen.
Route1: De beklimming van de legendarische Mont Ventoux
De Mont Ventoux (1912 m) beklimmen kan via drie wegen. Die vanuit Sault (766 m) is de best geëigende voor de vrijetijdsfietser, 25 km lang met enkel in de laatste 6 km, tussen de Chalet Reynard (1419 m) en de top, stijgingspercentages van 7,5 tot 8,5 %. De klim uit de Tour de France vertrekt vanuit Bédoin (310 m) en is het uitverkoren vertrekpunt voor wielertoeristen. Constant klim je hier tegen een stijgingspercentage tussen de 7 en 11 % naar boven. De noordkant heet de zwaarste te zijn met stijgingen tot 14 %.
Wie een rondje wil fietsen en toch wil genieten van de top van de Mont Ventoux fietst vanuit Sault de 20 km naar de Chalet en van daar steil naar beneden naar Bédoin (310 m). Over Flassan (435 m) (D217) en La Gabelle (910 m) (D1A) fiets je dan terug naar Sault waarbij je opnieuw een hoogteverschil van ca. 600 m moet overwinnen. Natuurlijk kan je dit ook doen met inbegrip van de inspannende klim naar de top van de Mont Ventoux. Wij beslissen om over dezelfde weg heen en weer te fietsen tussen Sault en de top.
De Mont Ventoux (1912 m) beklimmen kan via drie wegen. Die vanuit Sault (766 m) is de best geëigende voor de vrijetijdsfietser, 25 km lang met enkel in de laatste 6 km, tussen de Chalet Reynard (1419 m) en de top, stijgingspercentages van 7,5 tot 8,5 %. De klim uit de Tour de France vertrekt vanuit Bédoin (310 m) en is het uitverkoren vertrekpunt voor wielertoeristen. Constant klim je hier tegen een stijgingspercentage tussen de 7 en 11 % naar boven. De noordkant heet de zwaarste te zijn met stijgingen tot 14 %.
Wie een rondje wil fietsen en toch wil genieten van de top van de Mont Ventoux fietst vanuit Sault de 20 km naar de Chalet en van daar steil naar beneden naar Bédoin (310 m). Over Flassan (435 m) (D217) en La Gabelle (910 m) (D1A) fiets je dan terug naar Sault waarbij je opnieuw een hoogteverschil van ca. 600 m moet overwinnen. Natuurlijk kan je dit ook doen met inbegrip van de inspannende klim naar de top van de Mont Ventoux. Wij beslissen om over dezelfde weg heen en weer te fietsen tussen Sault en de top.
Persoonlijke indrukken van de klim naar de Mont Ventoux
Vanaf het hotel daal je naar Sault en verder tot beneden in de vallei, om dan over 19 km langzaamaan naar de Chalet Reynard te klimmen. De gemakkelijkste klim, maar een hybridenfiets weegt dan ook het dubbele van een racefiets. De kleine autoluwe weg begint onmiddellijk te stijgen, gelukkig niet te heftig. Kilometerpalen vermelden de hoogtemeters en het aantal nog af te leggen kilometers. Bij de kapel Le Ventouret (1010 m) spant een kleine knik de spieren even aan. Na een honderd tal meter vlakt de stijging alweer uit. In de bossen geldt een verbod op champignons plukken, zeker om het speuren naar truffels tegen te gaan. Hoe dichter je bij de Chalet Reynard komt, hoe meer de helling afzwakt. Over een afstand van 19 km ben je 700 m gestegen, tot de top komen daar nog eens 500 erbij. De kilometerpalen geven na de Chalet Reynard ook het stijgingspercentage weer, 7,5 tot 8,5 %. Het tempo daalt, dit is het moment van de waarheid, het gevecht naar boven. Het gevecht tegen de kale reus, je bent intussen immers de boomgrens gepasseerd, bereikt zijn climax. De kale berg laat zich onder een schraal schijnend zonnetje in zijn volle glorie bewonderen. De zendmast op de top is het waarteken van de berg en geldt als richtpunt. Het monument voor de Engelse wielrenner Simpson staat zowat symbool voor alle slachtoffers die de top niet halen. Ieder jaar vergt de klim op de Mont Ventoux immers wel zijn slachtoffer. Niet verwonderlijk als je de rekening maakt welk een mensenmassa ieder jaar weer de tweestrijd met de berg aangaat. In de zomer staat dit gelijk met een processiegang naar boven. Uiteindelijk bereik je de top. Lokale producten zoals gedroogde bergworsten en noga worden tegen woekerprijzen verhandeld. Aangeraden is droge en warme kleding, inclusief goede handschoenen, mee te nemen voor de afdaling. De top ligt immers op 1912 m en de wind heeft er vrij spel. De afdaling heeft al meermaals iemand in een ijsklompje veranderd. In vrije val, met wat remwerk in de bochten, gaat het terug naar de Chalet Reynard. Wielertoeristen met stijf bevroren vingers en bibberend van de kou zijn blij zich te kunnen verwarmen in de Chalet. Hier kan je dan terecht voor een lekkere hap en een verdiende toost op de overwinning van de legendarische berg. Na de pittige afdaling met het nodige bochtenwerk naar de Chalet is het dan 20 km vlot uitlopend genieten van een gezapige afdaling.
Wie een andere terugweg verkiest, fietst vanuit Sault de 20 km naar de Chalet Reynard, al dan niet naar de top van de Mont Ventoux klimmend, om dan steil af te dalen naar Bédoin (310 m). Over Flassan (435 m) en La Gabelle (910 m) fiets je dan terug naar Sault waarbij je opnieuw een hoogteverschil van ca. 600 m moet overwinnen.
Vanaf het hotel daal je naar Sault en verder tot beneden in de vallei, om dan over 19 km langzaamaan naar de Chalet Reynard te klimmen. De gemakkelijkste klim, maar een hybridenfiets weegt dan ook het dubbele van een racefiets. De kleine autoluwe weg begint onmiddellijk te stijgen, gelukkig niet te heftig. Kilometerpalen vermelden de hoogtemeters en het aantal nog af te leggen kilometers. Bij de kapel Le Ventouret (1010 m) spant een kleine knik de spieren even aan. Na een honderd tal meter vlakt de stijging alweer uit. In de bossen geldt een verbod op champignons plukken, zeker om het speuren naar truffels tegen te gaan. Hoe dichter je bij de Chalet Reynard komt, hoe meer de helling afzwakt. Over een afstand van 19 km ben je 700 m gestegen, tot de top komen daar nog eens 500 erbij. De kilometerpalen geven na de Chalet Reynard ook het stijgingspercentage weer, 7,5 tot 8,5 %. Het tempo daalt, dit is het moment van de waarheid, het gevecht naar boven. Het gevecht tegen de kale reus, je bent intussen immers de boomgrens gepasseerd, bereikt zijn climax. De kale berg laat zich onder een schraal schijnend zonnetje in zijn volle glorie bewonderen. De zendmast op de top is het waarteken van de berg en geldt als richtpunt. Het monument voor de Engelse wielrenner Simpson staat zowat symbool voor alle slachtoffers die de top niet halen. Ieder jaar vergt de klim op de Mont Ventoux immers wel zijn slachtoffer. Niet verwonderlijk als je de rekening maakt welk een mensenmassa ieder jaar weer de tweestrijd met de berg aangaat. In de zomer staat dit gelijk met een processiegang naar boven. Uiteindelijk bereik je de top. Lokale producten zoals gedroogde bergworsten en noga worden tegen woekerprijzen verhandeld. Aangeraden is droge en warme kleding, inclusief goede handschoenen, mee te nemen voor de afdaling. De top ligt immers op 1912 m en de wind heeft er vrij spel. De afdaling heeft al meermaals iemand in een ijsklompje veranderd. In vrije val, met wat remwerk in de bochten, gaat het terug naar de Chalet Reynard. Wielertoeristen met stijf bevroren vingers en bibberend van de kou zijn blij zich te kunnen verwarmen in de Chalet. Hier kan je dan terecht voor een lekkere hap en een verdiende toost op de overwinning van de legendarische berg. Na de pittige afdaling met het nodige bochtenwerk naar de Chalet is het dan 20 km vlot uitlopend genieten van een gezapige afdaling.
Wie een andere terugweg verkiest, fietst vanuit Sault de 20 km naar de Chalet Reynard, al dan niet naar de top van de Mont Ventoux klimmend, om dan steil af te dalen naar Bédoin (310 m). Over Flassan (435 m) en La Gabelle (910 m) fiets je dan terug naar Sault waarbij je opnieuw een hoogteverschil van ca. 600 m moet overwinnen.
Route 2: De Gorges de la Nesque
Een makkelijk te fietsen tocht door een grillig berglandschap met een zeer beperkt stijgingspercentage. Het affietsen van de vier departementale wegen D942, D14, D5 en D96 zijn goed voor een rondrit van 72 km. We verlaten Sault naar het westen. Resten van een middeleeuwse uitkijkpost en enkele muren bovenop de rots overheersen het dorpje Monieux (687 m), de oudste nederzetting van het land van Sault. Een vijver geeft toegang tot de kloof “Gorges de la Nesque”. Een opening tussen twee vooruitstekende rotsen is de aanvang van een indrukwekkende kloof. De weg begint te stijgen en na een korte gelijkmatige klim van 3 km bereik je het uitzichtpunt van Castelleras (872 m). Een gedenkplaat verwijst naar de dichter Frédéric Mistral, die zijn leven waagde door de aan de andere zijde van de kloof gelegen rots “Rocher de Cire” te beklimmen op zoek naar de honing van de wilde bijen. Een steil pad daalt hier de kloof in naar de 12de eeuwse Sint Michel kapel van Anesca. Deze bezit een authentiek Gallo-Romeins altaar. De in en door de rotswand uitgekapte weg daalt over 19 km naar het charmante stadje Villes-sur-Auzon (346 m) met zijn okergele façades. Aan het einde van het dorp is een sandwichbar, heb je geen eigen picknick bij dan is het raadzaam om in dit stadje iets te eten. Een vlakte met wijndruiven- en kersenplantages leid naar het terrassendorp Méthamis (380 m). Het dorp rust bovenop een grote rots midden in de vallei. Beneden aan de voet van de rots ligt de “Lavoir” tegenover de Mairie, het gemeenthuis. Halverwege op de rots een ouderwets cafeetje en kruidenier en op de top de kerk. Méthamis is het startpunt van een 15 km lang kronkelend licht bergoplopend wegje door een kloof van een zijriviertje van de Nesque. De weg stijgt, boorbij aan de Sint Hubert kapel tot in het gehucht met de gelijknamige naam. Het uitzichtpunt met oriëntatietafel geeft een indrukwekkend panorama op de Rocher de Cire, de Gorges de la Nesque, het Bèlvédere van Castelleras en de Mont Ventoux. De afdaling naar Monieux vertoont op einde talrijke korte haarspeldbochten. Om niet dezelfde weg terug naar Sault te fietsen, kies je voor een klein asfaltwegje, als MTB-route gemarkeerd, over een plateau met lavendelaanplantingen.
Een makkelijk te fietsen tocht door een grillig berglandschap met een zeer beperkt stijgingspercentage. Het affietsen van de vier departementale wegen D942, D14, D5 en D96 zijn goed voor een rondrit van 72 km. We verlaten Sault naar het westen. Resten van een middeleeuwse uitkijkpost en enkele muren bovenop de rots overheersen het dorpje Monieux (687 m), de oudste nederzetting van het land van Sault. Een vijver geeft toegang tot de kloof “Gorges de la Nesque”. Een opening tussen twee vooruitstekende rotsen is de aanvang van een indrukwekkende kloof. De weg begint te stijgen en na een korte gelijkmatige klim van 3 km bereik je het uitzichtpunt van Castelleras (872 m). Een gedenkplaat verwijst naar de dichter Frédéric Mistral, die zijn leven waagde door de aan de andere zijde van de kloof gelegen rots “Rocher de Cire” te beklimmen op zoek naar de honing van de wilde bijen. Een steil pad daalt hier de kloof in naar de 12de eeuwse Sint Michel kapel van Anesca. Deze bezit een authentiek Gallo-Romeins altaar. De in en door de rotswand uitgekapte weg daalt over 19 km naar het charmante stadje Villes-sur-Auzon (346 m) met zijn okergele façades. Aan het einde van het dorp is een sandwichbar, heb je geen eigen picknick bij dan is het raadzaam om in dit stadje iets te eten. Een vlakte met wijndruiven- en kersenplantages leid naar het terrassendorp Méthamis (380 m). Het dorp rust bovenop een grote rots midden in de vallei. Beneden aan de voet van de rots ligt de “Lavoir” tegenover de Mairie, het gemeenthuis. Halverwege op de rots een ouderwets cafeetje en kruidenier en op de top de kerk. Méthamis is het startpunt van een 15 km lang kronkelend licht bergoplopend wegje door een kloof van een zijriviertje van de Nesque. De weg stijgt, boorbij aan de Sint Hubert kapel tot in het gehucht met de gelijknamige naam. Het uitzichtpunt met oriëntatietafel geeft een indrukwekkend panorama op de Rocher de Cire, de Gorges de la Nesque, het Bèlvédere van Castelleras en de Mont Ventoux. De afdaling naar Monieux vertoont op einde talrijke korte haarspeldbochten. Om niet dezelfde weg terug naar Sault te fietsen, kies je voor een klein asfaltwegje, als MTB-route gemarkeerd, over een plateau met lavendelaanplantingen.
Route 3: De pittoreske valleien ten noorden van Sault
Net ten noorden van Sault begint het departement Drôme. De tocht begint licht heuvelend, gevolgd door een vals plat tot in Ferrasières aan de voet van de bergpas “Col de l’Homme Mort” (1212 m). Op de 5 km lange matige klim naar de pasovergang is het heerlijk terugblikken over de hoogvlakte van Albion met zijn lavendelaanplantingen. Je kunt in de afdaling vanaf de splitsing op de “Col de Macuègne” (1068 m) rechtstreeks over de bochtige D542 naar Montbrun-les-Bains. Een schitterende kruisberg met drie grote kruisen overheerst het dorp Barret-de-Lioure, gelegen in de helling boven de vallei van de Anary, Beneden, midden in het keteldal, staat een enorm solitair rotsblok. Het geheel is van een uitzonderlijke adembenemende schoonheid.
Ga je voor een langere rit, neem dan op de “Col de Macuègne” de weg naar Séderon (810 m). Het dorpje zit letterlijk geperst tussen twee rotsflanken. De weg versmalt aanzienlijk en boort zich doorheen de smalle bebouwde engte. Na het dorp gaat het over de D546 over de waterscheiding (889 m), het hoogteverschil is gering. De uitzonderlijk schilderachtige smalle departementale weg D159 loopt over de bergpas “Col d’Aulon” (845m). Aan de ingang van de smalle kloof de “Gorges de Toulourenc” ligt het adellijke kasteel van Aulun. Hier in de buurt ontspringt het riviertje de Toulourenc, alles of niets in het Provençaals, dat als een mes door de rotsen snijdt. In tegenstelling tot andere Gorges fiets je hier een tijd lang beneden in de kloof. De weg is zo smal dat waar mogelijk zogenaamde “garages”, uitwijkplaatsen, de kans krijgen aan auto’s om even halt te houden of af te zetten in geval van tegenliggers.
Montbrun-les-Bains (608 m) behoort tot de mooiste dorpen van Frankrijk. Op een rots ligt de ruïne van de feodale burcht. Poorten en torens geven toegang tot smalle steegjes, kleine trappensteegjes leiden naar het oude middeleeuwse centrum. Beneden in het dal liggen de thermen “ValVital” met heelkundig water rijk aan Sulfaat waar je terecht kan voor een thalassotherapie.
Op de terugweg over de D943 vertelt een drie meter hoge betonnen grenspaal dat je de Dröme terug inwisselt voor de Vaucluse. Een 6 km lange matige klim leidt naar het schildersdorp Aurel (800 m) met massieve kerk en kasteel. In een grote bocht fiets je doorheen het dorp met zijn terrasje, zijn kleurrijke bloempotten, gele en paarse tafeltjes en stoelen, zijn okergele gevels… de Provence op en top. De weg loopt nu in de bergflank op zekere hoogte boven de vlakte van Sault.
Net ten noorden van Sault begint het departement Drôme. De tocht begint licht heuvelend, gevolgd door een vals plat tot in Ferrasières aan de voet van de bergpas “Col de l’Homme Mort” (1212 m). Op de 5 km lange matige klim naar de pasovergang is het heerlijk terugblikken over de hoogvlakte van Albion met zijn lavendelaanplantingen. Je kunt in de afdaling vanaf de splitsing op de “Col de Macuègne” (1068 m) rechtstreeks over de bochtige D542 naar Montbrun-les-Bains. Een schitterende kruisberg met drie grote kruisen overheerst het dorp Barret-de-Lioure, gelegen in de helling boven de vallei van de Anary, Beneden, midden in het keteldal, staat een enorm solitair rotsblok. Het geheel is van een uitzonderlijke adembenemende schoonheid.
Ga je voor een langere rit, neem dan op de “Col de Macuègne” de weg naar Séderon (810 m). Het dorpje zit letterlijk geperst tussen twee rotsflanken. De weg versmalt aanzienlijk en boort zich doorheen de smalle bebouwde engte. Na het dorp gaat het over de D546 over de waterscheiding (889 m), het hoogteverschil is gering. De uitzonderlijk schilderachtige smalle departementale weg D159 loopt over de bergpas “Col d’Aulon” (845m). Aan de ingang van de smalle kloof de “Gorges de Toulourenc” ligt het adellijke kasteel van Aulun. Hier in de buurt ontspringt het riviertje de Toulourenc, alles of niets in het Provençaals, dat als een mes door de rotsen snijdt. In tegenstelling tot andere Gorges fiets je hier een tijd lang beneden in de kloof. De weg is zo smal dat waar mogelijk zogenaamde “garages”, uitwijkplaatsen, de kans krijgen aan auto’s om even halt te houden of af te zetten in geval van tegenliggers.
Montbrun-les-Bains (608 m) behoort tot de mooiste dorpen van Frankrijk. Op een rots ligt de ruïne van de feodale burcht. Poorten en torens geven toegang tot smalle steegjes, kleine trappensteegjes leiden naar het oude middeleeuwse centrum. Beneden in het dal liggen de thermen “ValVital” met heelkundig water rijk aan Sulfaat waar je terecht kan voor een thalassotherapie.
Op de terugweg over de D943 vertelt een drie meter hoge betonnen grenspaal dat je de Dröme terug inwisselt voor de Vaucluse. Een 6 km lange matige klim leidt naar het schildersdorp Aurel (800 m) met massieve kerk en kasteel. In een grote bocht fiets je doorheen het dorp met zijn terrasje, zijn kleurrijke bloempotten, gele en paarse tafeltjes en stoelen, zijn okergele gevels… de Provence op en top. De weg loopt nu in de bergflank op zekere hoogte boven de vlakte van Sault.
Route 4: Idyllische oude dorpjes ten zuiden van Sault
Je fietst pal naar het zuiden, naar Sint Jean-de-Sault op de D 943 en over de bergpas “Col de Liguère” (991 m) op de nog kleinere D 230, gevolgd door een lange afdaling, naar Saint Saturnin-lès-Apt (420 m). Boven het dorp op een rots liggen indrukwekkende ruïnes van een middeleeuwse dorp, kasteel en kerk. Een bewegwijzerde wandeling toont de weg. Op het uiterste uiteinde van de rots de oude kerk, waar je van een prachtig panorama geniet op de mooie kerk Sainte Aurèle en de omliggende oude huizen.
Op de D179 naar Gignac fiets je voorbij aan klaprozenvelden en het Provençaals El Dorado in Rusrel. Rode stalagmietachtige rotsen met op de puntige top dwars liggende platte rotsblokken. Vanuit Viens (630 m) daalt een wegje naar de Gorges d’Oppedette. Het asfaltwegje op de rand van de in de bodem ingesneden kloof met zijn specifieke begroeiing is van een onbeschrijfelijke pracht. Simiane la Rotonde (650 m) is één van de mooiste hooggelegen dorpjes van de Haute Provence. De merkwaardige 12de eeuwse ronde toren beheerst het aan zijn voeten liggend middeleeuwse dorp met een wirwar aan sterk hellende kronkellende steegjes en vele verborgen idyllische hoekjes. Voor een hap kan je terecht in een minuscuul winkeltje annex cafeetje “Au Plaisir des Yeux”. Een zeer pittige klim brengt je in Saint Christol (850 m) op het plateau van Albion. Over de D245 via het gehucht Brouville klim je naar het hoogste punt van het plateau (959 m) om uiteindelijk af te dalen naar Sault.
Je fietst pal naar het zuiden, naar Sint Jean-de-Sault op de D 943 en over de bergpas “Col de Liguère” (991 m) op de nog kleinere D 230, gevolgd door een lange afdaling, naar Saint Saturnin-lès-Apt (420 m). Boven het dorp op een rots liggen indrukwekkende ruïnes van een middeleeuwse dorp, kasteel en kerk. Een bewegwijzerde wandeling toont de weg. Op het uiterste uiteinde van de rots de oude kerk, waar je van een prachtig panorama geniet op de mooie kerk Sainte Aurèle en de omliggende oude huizen.
Op de D179 naar Gignac fiets je voorbij aan klaprozenvelden en het Provençaals El Dorado in Rusrel. Rode stalagmietachtige rotsen met op de puntige top dwars liggende platte rotsblokken. Vanuit Viens (630 m) daalt een wegje naar de Gorges d’Oppedette. Het asfaltwegje op de rand van de in de bodem ingesneden kloof met zijn specifieke begroeiing is van een onbeschrijfelijke pracht. Simiane la Rotonde (650 m) is één van de mooiste hooggelegen dorpjes van de Haute Provence. De merkwaardige 12de eeuwse ronde toren beheerst het aan zijn voeten liggend middeleeuwse dorp met een wirwar aan sterk hellende kronkellende steegjes en vele verborgen idyllische hoekjes. Voor een hap kan je terecht in een minuscuul winkeltje annex cafeetje “Au Plaisir des Yeux”. Een zeer pittige klim brengt je in Saint Christol (850 m) op het plateau van Albion. Over de D245 via het gehucht Brouville klim je naar het hoogste punt van het plateau (959 m) om uiteindelijk af te dalen naar Sault.
Steekkaart
SITUERING: Aan de voet van de Mont Ventoux, ca. 65 km ten oosten van Otrange en Avignon (TGV)
ROUTES: 4 fietstochten door de Haute Provence
Route 1: Sault – Mont Ventoux: heen en terug (D164 + D974) = 57 km; of Mont Ventoux (D974) Bédoin (D 213) – Flassan (D217) – La Gabelle (D1A) = 75 km
Route 2: Sault (D942) – Gorges de la Nesque – Villes-sur-Auzon (D14) – Méthamis (D5 + D96) – Sault = 72 km
Route 3: Sault (D950 + D63) – Ferrasières (D63) – Col de l’Homme Mort (D542) – Montbrun-lès-Bains (D542) – Sault = 44 km; of Col de l’Homme Mort (D542) – Séderon (D544) – Vallei van de Toulourenc (D159) – Montbrun-les-Bains (D542) – Sault = 61 km
Route 4: Sault (D943 + D230) – St-Saturnin-lès-Apt (D179 + D112 + D31) – Viens (D201) – Simiane (D18 + D166) St-Christol (D245) – Sault = 80 km
AARD VAN DE ROUTE: kleine departementale wegen met zeer weinig verkeer
GPS-tracks:
www.routeyou.com/route/view/196619/randonnee-a-velo-vaucluse-mont-ventoux.fr
www.routeyou.com/route/view/196626/randonnee-a-velo-vaucluse-gorges-de-la-nesque.fr
www.routeyou.com/route/view/196624/fietsroute-vaucluse-valleien-ten-noorden-van-sault.nl
www.routeyou.com/route/view/196631/fietsroute-vaucluse-oude-dorpjes-ten-zuiden-van-sault.nl
VERVOER:
MET DE AUTO: E411/E25 Luxemburg, A31 Metz/Dyon/Langres, A6 Lyon/Beaune, A7 uitrit 22 Orange-Sud, N7/D950 Carpentras, D942 Villes-sur-Auzon, D1/D942 Sault
MET DE TREIN: TGV Brussel-Zuid – Avignon (ca. 5 uur), bus naar Carpentras, bus naar Sault (1 x per dag)
LOGIES:
Hostellerie du Val de Sault ***, Yves GATTECHAUT, Route St Trinit,F-84390 Sault, Frankrijk, tel: +33-4 90 64 01 41, fax +33-4 90 64 12 74, www.valdesault.com, [email protected]
KAARTEN: Michelinkaart 1:20000 nr. 145
INTERNET:
www.valdesault.com
www.provence-toerisme.com
ARRANGEMENT:
6 dagenarrangement: Op ontdekkingsreis per fiets door een “vergeten” Provence
Prijs: € 711 (laagseizoen) of € 816 (hoogseizoen) per persoon in tweepersoonskamer
inbegrepen: welkomstdrank; 5 x buffetontbijt en 5 x gastronomisch zevengangenmenu waarvan één truffelmenu “hommage à la truffe”; één namiddag thalassotherapie in Montbrun-les-Bains met vervoer heen en terug; fietsroutes; mogelijkheid tot een georganiseerde picknick op de fietsroute
FIETSVERHUUR EN -REPARATIES: Albion Cycles, Route de St-Trinit, F-84390 Sault, tel/fax +33-4 90 64 09 32
SITUERING: Aan de voet van de Mont Ventoux, ca. 65 km ten oosten van Otrange en Avignon (TGV)
ROUTES: 4 fietstochten door de Haute Provence
Route 1: Sault – Mont Ventoux: heen en terug (D164 + D974) = 57 km; of Mont Ventoux (D974) Bédoin (D 213) – Flassan (D217) – La Gabelle (D1A) = 75 km
Route 2: Sault (D942) – Gorges de la Nesque – Villes-sur-Auzon (D14) – Méthamis (D5 + D96) – Sault = 72 km
Route 3: Sault (D950 + D63) – Ferrasières (D63) – Col de l’Homme Mort (D542) – Montbrun-lès-Bains (D542) – Sault = 44 km; of Col de l’Homme Mort (D542) – Séderon (D544) – Vallei van de Toulourenc (D159) – Montbrun-les-Bains (D542) – Sault = 61 km
Route 4: Sault (D943 + D230) – St-Saturnin-lès-Apt (D179 + D112 + D31) – Viens (D201) – Simiane (D18 + D166) St-Christol (D245) – Sault = 80 km
AARD VAN DE ROUTE: kleine departementale wegen met zeer weinig verkeer
GPS-tracks:
www.routeyou.com/route/view/196619/randonnee-a-velo-vaucluse-mont-ventoux.fr
www.routeyou.com/route/view/196626/randonnee-a-velo-vaucluse-gorges-de-la-nesque.fr
www.routeyou.com/route/view/196624/fietsroute-vaucluse-valleien-ten-noorden-van-sault.nl
www.routeyou.com/route/view/196631/fietsroute-vaucluse-oude-dorpjes-ten-zuiden-van-sault.nl
VERVOER:
MET DE AUTO: E411/E25 Luxemburg, A31 Metz/Dyon/Langres, A6 Lyon/Beaune, A7 uitrit 22 Orange-Sud, N7/D950 Carpentras, D942 Villes-sur-Auzon, D1/D942 Sault
MET DE TREIN: TGV Brussel-Zuid – Avignon (ca. 5 uur), bus naar Carpentras, bus naar Sault (1 x per dag)
LOGIES:
Hostellerie du Val de Sault ***, Yves GATTECHAUT, Route St Trinit,F-84390 Sault, Frankrijk, tel: +33-4 90 64 01 41, fax +33-4 90 64 12 74, www.valdesault.com, [email protected]
KAARTEN: Michelinkaart 1:20000 nr. 145
INTERNET:
www.valdesault.com
www.provence-toerisme.com
ARRANGEMENT:
6 dagenarrangement: Op ontdekkingsreis per fiets door een “vergeten” Provence
Prijs: € 711 (laagseizoen) of € 816 (hoogseizoen) per persoon in tweepersoonskamer
inbegrepen: welkomstdrank; 5 x buffetontbijt en 5 x gastronomisch zevengangenmenu waarvan één truffelmenu “hommage à la truffe”; één namiddag thalassotherapie in Montbrun-les-Bains met vervoer heen en terug; fietsroutes; mogelijkheid tot een georganiseerde picknick op de fietsroute
FIETSVERHUUR EN -REPARATIES: Albion Cycles, Route de St-Trinit, F-84390 Sault, tel/fax +33-4 90 64 09 32