Van Ulm naar Innsbruck
in teken van grote en kleine pelgrimsoorden
Ulm was een belangrijke pelgrimsoord voor middeleeuwse pelgrims naar Rome en Santiago de Compostela. Tussen de Donau en de Alpen ligt de Pfaffenwinkel, een schilderachtige regio in de deelstaat Beieren die verwijst naar de vele kloosters en kerken, waaronder meerdere kleinere bedevaartsoorden.
Bij bedevaarten spreken we over pelgrims die naar een heilige plaats trekken om een heilige of een voorwerp van religie te vereren. De Egyptenaren, Grieken, Romeinen, … de Hindoes, Islamieten en Boeddhisten kenden al bedevaarten. Sinds de 2e E na Christus is er ook sprake van Christelijke pelgrimages. In de loop der tijd zijn vele duizenden bedevaartsplaatsen gesticht. Na de val het Romeinse Rijk ontstond de pelgrimage naar plaatsen waar heiligen zijn bijgezet. De belangrijkste katholieke bedevaartsplaats is allicht Rome. Dankzij de Kruistochten werden de bedevaarten in Europa gemeengoed. De hoofdbedevaartplaatsen Jeruzalem, Rome en Compostela kregen weldra gezelschap van tientallen andere plaatsen, die met elkaar concurreerden vanwege hun heiligen en/of het aantal belangrijke relieken van overblijfselen van heiligen of voorwerpen die met die heiligen in verband werden gebracht. Door de Kruistochten veranderden ook duizenden relieken van eigenaar. Hoe meer relieken, des te belangrijker de bedevaartskerk. In de 19e E komen de bedevaarten naar verschijningsplaatsen van Maria op gang. Bekende Mariabedevaartsplaatsen zijn Lourdes in Frankrijk, Fátima in Portugal en Medjugorje in Bosnië-Herzegovina. Het meest vertrouwd zijn wij westerlingen in het algemeen met de bedevaarten naar Rome, Lourdes en Santiago de Compostela en in iets mindere mate met die naar Fatima, Assisi en Loreto.
"Door op weg naar een groot bedevaartsoord zoveel mogelijk kleinere te bezoeken,
verhoogde dit het aantal aflaten." |
Wat neerkwam op de kwijtschelding van tijdelijke straffen voor eerder begane zonden. In de middeleeuwen was Ulm één van de plaatsen waar pelgrims hun reis naar Rome of Compostela konden beginnen. Voor ons dan ook het uitgangspunt om een fietsvriendelijke overgang te zoeken over de eerste Alpenkam naar het zuiden en dit in teken van een groots opgezet project om de grote bedevaartsoorden Loreto, Rome, Assisi, Fatima, Santiago de Compostela en Lourdes met elkaar te verbinden door zoveel mogelijk kleinere pelgrimsoorden aan te doen. Einddoel is de ‘Dom zu Sankt Jakobs’ in Innsbruck, onderdeel van de Jakobsweg, de belangrijkste middeleeuwse bedevaart voor pelgrims naar Compostela. Voor onze terugtocht reserveren we in vooruit voor ons en onze fietsen tickets voor de rechtstreekse ICE hogesnelheidstrein van Innsbruck naar Ulm.
Jaar honderd neerslag
De planning is top en we zijn er klaar voor, maar…? Voorjaar 2024, het natste in jaren. 13 juni, 10 dagen na de “Jahrhundertniederschläge” in het Zuidelijk deel van Duitsland. Vanaf de nacht van 30 op 31 mei viel er zware en langdurige regen van de Alpen noordwaarts tot aan de Donau. Getroffen gebieden zijn vooral Beieren en Baden-Württemberg. Tot 1 juni bleef dit regengebied vrijwel stationair, waardoor de getroffen gebieden zeer grote hoeveelheden regen kregen. In de daaropvolgende dagen ging de aanhoudende regenfase gepaard met hevige regenbuien en hevige onweersbuien. Op 3 juni opnieuw een waterbom aan de rand van de Alpen. Binnen deze vier dagen viel er ongeveer twee keer zoveel regen als gebruikelijk in een hele maand. Met tot gevolg dijkbreuken, overstromingen en evacuaties uit ondergelopen woongebieden. Dagenlang verschijnen op fietsblogs vragen over de toestand van de fietspaden naar de Alpen richting zuiden.
De planning is top en we zijn er klaar voor, maar…? Voorjaar 2024, het natste in jaren. 13 juni, 10 dagen na de “Jahrhundertniederschläge” in het Zuidelijk deel van Duitsland. Vanaf de nacht van 30 op 31 mei viel er zware en langdurige regen van de Alpen noordwaarts tot aan de Donau. Getroffen gebieden zijn vooral Beieren en Baden-Württemberg. Tot 1 juni bleef dit regengebied vrijwel stationair, waardoor de getroffen gebieden zeer grote hoeveelheden regen kregen. In de daaropvolgende dagen ging de aanhoudende regenfase gepaard met hevige regenbuien en hevige onweersbuien. Op 3 juni opnieuw een waterbom aan de rand van de Alpen. Binnen deze vier dagen viel er ongeveer twee keer zoveel regen als gebruikelijk in een hele maand. Met tot gevolg dijkbreuken, overstromingen en evacuaties uit ondergelopen woongebieden. Dagenlang verschijnen op fietsblogs vragen over de toestand van de fietspaden naar de Alpen richting zuiden.
Ulm
Een moderne marmerconstructie in de voetgangerszone in Ulm staat symbool voor het geboortehuis van Einstein, natuurkundige en bedenker van de relativiteitstheorieën. De Ulmer munsterkerk reikt haast tot de hemel. De toren is te beklimmen via 768 trappen en is met zijn 161,53 m de hoogste kerktoren ter wereld. De stadskern is een mix van moderne betonnen, metalen en zelfs glazen bouwconstructies. Zeer traditioneel daar tegenover staat het prachtige stadhuis bekleed met fresco’s die de geschiedenis van de stad verhalen, met wapenschilden van steden waarmee Ulm handel dreef en met een vernuftig kunstzinnig astrologisch uurwerk waar zelfs de zonsopgang en -ondergang af te lezen vallen. De naar beneden lopende straten achter het stadhuis geven toegang tot de oude leerlooier- en de visserswijk, nu gezellige buurten met traditionele vakwerkhuizen. Geliefd om hun vele restaurantjes en cafés aan de oevers van de Kleine en Grote Blau die achter de stadsmuur in de Donau vloeit, de natuurlijke grens tussen Baden-Württemberg en Beieren. Aan de overkant ligt Neu-Ulm, dat een week terug onder water stond. Vandaag vertoeven we nog in Ulm in Baden-Württemberg, mogen trekken we de watergrens over naar Beieren.
Een moderne marmerconstructie in de voetgangerszone in Ulm staat symbool voor het geboortehuis van Einstein, natuurkundige en bedenker van de relativiteitstheorieën. De Ulmer munsterkerk reikt haast tot de hemel. De toren is te beklimmen via 768 trappen en is met zijn 161,53 m de hoogste kerktoren ter wereld. De stadskern is een mix van moderne betonnen, metalen en zelfs glazen bouwconstructies. Zeer traditioneel daar tegenover staat het prachtige stadhuis bekleed met fresco’s die de geschiedenis van de stad verhalen, met wapenschilden van steden waarmee Ulm handel dreef en met een vernuftig kunstzinnig astrologisch uurwerk waar zelfs de zonsopgang en -ondergang af te lezen vallen. De naar beneden lopende straten achter het stadhuis geven toegang tot de oude leerlooier- en de visserswijk, nu gezellige buurten met traditionele vakwerkhuizen. Geliefd om hun vele restaurantjes en cafés aan de oevers van de Kleine en Grote Blau die achter de stadsmuur in de Donau vloeit, de natuurlijke grens tussen Baden-Württemberg en Beieren. Aan de overkant ligt Neu-Ulm, dat een week terug onder water stond. Vandaag vertoeven we nog in Ulm in Baden-Württemberg, mogen trekken we de watergrens over naar Beieren.
Duitse Barok, praal en pracht
Tot de reformatie in 1517 was de kerk oppermachtig en rijk waarbij het geloof bij vele mensen zich keerde naar ongeloof. Veel mensen wilden de kerk dan ook hervormen en zochten hun heil in het protestantisme van Maarten Luther. De katholieke kerk verliest hierdoor veel aanhangers en laat kunstenaars de kerken uitbundig en kleurrijk beschilderen en beeldhouwen. Dit om de mensen te imponeren en daardoor voor het katholieke geloof te kiezen. Hierbij was de zogenaamde contrareformatie, de tegenaanval van de Katholieke kerk tegen het protestantisme, ingezet. De protestanten wilden sobere kerkgebouwen zonder franje en tierlantijn, het woord van god moest en zou de drijfveer zijn. De katholieken gingen voor pracht en praal die de kerkganger moest overdonderen. De reformatie splitste Duitsland in twee, het roomse zuiden en het protestantse, rationalistische noorden met de Donau zowat als grens. Zuid-Duitsland bleef daarbij de uit Italië opkomende barokstijl handhaven. De stroming in de kunst die zijn invloeden haalde uit de contrareformatie, gevoed door de strijd tussen katholieken en protestanten. Het woord barok is afgeleid van het Portugese barroco en betekent 'onregelmatig gevormde parel'. Het woord 'barok' slaat dus terug op vreemd, wonderlijk, grillig, kleurrijk en overdadig.
Tot de reformatie in 1517 was de kerk oppermachtig en rijk waarbij het geloof bij vele mensen zich keerde naar ongeloof. Veel mensen wilden de kerk dan ook hervormen en zochten hun heil in het protestantisme van Maarten Luther. De katholieke kerk verliest hierdoor veel aanhangers en laat kunstenaars de kerken uitbundig en kleurrijk beschilderen en beeldhouwen. Dit om de mensen te imponeren en daardoor voor het katholieke geloof te kiezen. Hierbij was de zogenaamde contrareformatie, de tegenaanval van de Katholieke kerk tegen het protestantisme, ingezet. De protestanten wilden sobere kerkgebouwen zonder franje en tierlantijn, het woord van god moest en zou de drijfveer zijn. De katholieken gingen voor pracht en praal die de kerkganger moest overdonderen. De reformatie splitste Duitsland in twee, het roomse zuiden en het protestantse, rationalistische noorden met de Donau zowat als grens. Zuid-Duitsland bleef daarbij de uit Italië opkomende barokstijl handhaven. De stroming in de kunst die zijn invloeden haalde uit de contrareformatie, gevoed door de strijd tussen katholieken en protestanten. Het woord barok is afgeleid van het Portugese barroco en betekent 'onregelmatig gevormde parel'. Het woord 'barok' slaat dus terug op vreemd, wonderlijk, grillig, kleurrijk en overdadig.
Zijrivieren voeden de Donau
De snelstromende kolkende watermassa van de Donau is voor ons gelukkig gezakt tot ongeveer een meter onder de oeverrand zodat we over de mooie oeverpromenade langs de stadsmuur en door het park Friedrichsau de stad stroomafwaarts verlaten. Het park is met twee kilometer de grootste groenzone in Ulm. We fietsen er langs sportvelden, het fort Friedichsau en de Ulmer zoo. We steken de Donau over voor een tocht langs enkele uit het Alpenvoorgebergte ontspringende zijrivieren van de Donau. De rivieren uit de Alpen stromen noordwaarts in brede vlaktes richting Donau. Pittoreske riviertjes die in de nog prille natuurgetrouwe Donau vloeien, maar die na noodweer de stroming van de Donau kracht bijzetten en het rivierpeil naar dreigende hoogten stuwt, zoals vorige week nog eens het geval was. We merken op dat ieder geschikt wegje of pad wel in gebruik is door één of andere fietsroute. Haast iedere rivier heeft ook wel zijn fietsroute, van de grootse Donau tot de kleine Schmieg, Roth, Biber en Günz. De meiboom steken om de winter te verjagen is hier overal een traditie. Dit heeft dit jaar duidelijk zijn opzet gemist.
In Pfaffenhofen an der Roth fietsen we langs ons eerste kleinere pelgrimsoord. “Als de parochie gespaard blijft van de oorlogsschade, zullen we een kapel bouwen om de Heilige Moeder te bedanken.” Een gelofte waaraan gehoor gegeven werd. Marienfried, met zijn kerk “Maria, Moeder van de Kerk”, is een gebedsplaats van het bisdom Augsburg. Bezoekers vinden hier een sfeervolle religieuze plek met de Marienfriedkerk, het kerkplein, de Genadekapel en een gebedspark dat uitnodigt tot verpozen. We steken de waterscheiding over naar de Biber voor een bezoek aan de prachtig gedecoreerde kerk van het klooster Roggenburg. Ook de daaraan verbonden bedevaartskapel “Maria Hilf” op de Wannenberg bij Meßhofen kan terugkijken op een lange geschiedenis. De oorsprong van de bedevaart gaat terug tot de tijd van de Dertigjarige Oorlog. In de kloosterkroniek wordt gezegd dat pater Francis Doser in het klooster achterbleef, ook al waren de andere priesters voor de Zweden gevlucht. Vermomd als boer wilde hij als pastoor het geplunderde volk steunen in de moeilijke tijden van de oorlog. Toen de vijand opnieuw binnenviel, probeerde hij te ontsnappen. Maar hij werd gepakt en opgehangen aan een eik op de Wannenberg. Over een bosweg bereiken we de Wallfahrtskirche Matzenhofen. De bedevaartskerk Onze Lieve Vrouw van Smarten met het wonderbaarlijke beeld uit de 15e E staat op een kleine heuvel en werd voor het eerst vermeld in 1594. De bedevaartdienst, die elke vrijdag plaatsvindt, is al sinds de jaren 1950 een traditie.
De snelstromende kolkende watermassa van de Donau is voor ons gelukkig gezakt tot ongeveer een meter onder de oeverrand zodat we over de mooie oeverpromenade langs de stadsmuur en door het park Friedrichsau de stad stroomafwaarts verlaten. Het park is met twee kilometer de grootste groenzone in Ulm. We fietsen er langs sportvelden, het fort Friedichsau en de Ulmer zoo. We steken de Donau over voor een tocht langs enkele uit het Alpenvoorgebergte ontspringende zijrivieren van de Donau. De rivieren uit de Alpen stromen noordwaarts in brede vlaktes richting Donau. Pittoreske riviertjes die in de nog prille natuurgetrouwe Donau vloeien, maar die na noodweer de stroming van de Donau kracht bijzetten en het rivierpeil naar dreigende hoogten stuwt, zoals vorige week nog eens het geval was. We merken op dat ieder geschikt wegje of pad wel in gebruik is door één of andere fietsroute. Haast iedere rivier heeft ook wel zijn fietsroute, van de grootse Donau tot de kleine Schmieg, Roth, Biber en Günz. De meiboom steken om de winter te verjagen is hier overal een traditie. Dit heeft dit jaar duidelijk zijn opzet gemist.
In Pfaffenhofen an der Roth fietsen we langs ons eerste kleinere pelgrimsoord. “Als de parochie gespaard blijft van de oorlogsschade, zullen we een kapel bouwen om de Heilige Moeder te bedanken.” Een gelofte waaraan gehoor gegeven werd. Marienfried, met zijn kerk “Maria, Moeder van de Kerk”, is een gebedsplaats van het bisdom Augsburg. Bezoekers vinden hier een sfeervolle religieuze plek met de Marienfriedkerk, het kerkplein, de Genadekapel en een gebedspark dat uitnodigt tot verpozen. We steken de waterscheiding over naar de Biber voor een bezoek aan de prachtig gedecoreerde kerk van het klooster Roggenburg. Ook de daaraan verbonden bedevaartskapel “Maria Hilf” op de Wannenberg bij Meßhofen kan terugkijken op een lange geschiedenis. De oorsprong van de bedevaart gaat terug tot de tijd van de Dertigjarige Oorlog. In de kloosterkroniek wordt gezegd dat pater Francis Doser in het klooster achterbleef, ook al waren de andere priesters voor de Zweden gevlucht. Vermomd als boer wilde hij als pastoor het geplunderde volk steunen in de moeilijke tijden van de oorlog. Toen de vijand opnieuw binnenviel, probeerde hij te ontsnappen. Maar hij werd gepakt en opgehangen aan een eik op de Wannenberg. Over een bosweg bereiken we de Wallfahrtskirche Matzenhofen. De bedevaartskerk Onze Lieve Vrouw van Smarten met het wonderbaarlijke beeld uit de 15e E staat op een kleine heuvel en werd voor het eerst vermeld in 1594. De bedevaartdienst, die elke vrijdag plaatsvindt, is al sinds de jaren 1950 een traditie.
Verrassende kunst
We steken over naar de vallei van de Günz, het riviertje dat ons het meeste kopzorgen baart. Vanwege de overstromingen zijn we beducht voor de grindwegen waarvan deze fietsroute al eens gebruikt maakt. Maar we stellen vast dat een week na de wateroverlast waar nodig de fietspaden met fijn grind aangevuld zijn. In het Fuggerslot in Babenhausen leefde Jacob Fugger, de grondlegger van de Fuggerei in Augsburg, de eerste sociale woonwijk ter wereld gesticht in 1521. Günz bezit zijn eigen dorpsbrouwerij. Maar halt houden is een must bij de Antik Hof en Café, een koffiehuis van een rariteitenverzamelaar die naast antiek vele bizarre kunstwerken tentoonstelt. Met tientallen oude totaal uiteenlopende tuinstoelen en zitbanken is een super aantrekkelijk ietwat kitscherig terras samengesteld. De Günztal-Radweg, die daarna over een spoorwegfietsroute loopt, brengt ons naar Ottobeuren. De dominant aanwezige Benedictijnenabdij overheerst de stad en geeft duidelijk blijk van de vroegere kerkelijke macht. In 764 gesticht ontwikkelde de abdij zich tot een kleine onafhankelijke kloosterstaat, die enkel verantwoording af te leggen had aan de keizer van het Heilige Roomse Rijk. De keizerlijke macht lag daarbij in het Oost-Frankische, het latere Duitse koninkrijk. Een opmerkelijk zichtbaar teken van de contrareformatie is de voltooiing van het machtige kloostercomplex en de kloosterkerk, één der grootste voorbeelden van de Europese barok. Leuke details zijn de geschiedenis van het klooster uitgebeeld in een fresco in een koepelplafond en de in de fresco’s geïntegreerde beeldwerken. We nemen onze intrek in hotel Hirsch met zijn huisbrouwerij op het sfeervolle marktpleintje aan de voet van de kerk.
We steken over naar de vallei van de Günz, het riviertje dat ons het meeste kopzorgen baart. Vanwege de overstromingen zijn we beducht voor de grindwegen waarvan deze fietsroute al eens gebruikt maakt. Maar we stellen vast dat een week na de wateroverlast waar nodig de fietspaden met fijn grind aangevuld zijn. In het Fuggerslot in Babenhausen leefde Jacob Fugger, de grondlegger van de Fuggerei in Augsburg, de eerste sociale woonwijk ter wereld gesticht in 1521. Günz bezit zijn eigen dorpsbrouwerij. Maar halt houden is een must bij de Antik Hof en Café, een koffiehuis van een rariteitenverzamelaar die naast antiek vele bizarre kunstwerken tentoonstelt. Met tientallen oude totaal uiteenlopende tuinstoelen en zitbanken is een super aantrekkelijk ietwat kitscherig terras samengesteld. De Günztal-Radweg, die daarna over een spoorwegfietsroute loopt, brengt ons naar Ottobeuren. De dominant aanwezige Benedictijnenabdij overheerst de stad en geeft duidelijk blijk van de vroegere kerkelijke macht. In 764 gesticht ontwikkelde de abdij zich tot een kleine onafhankelijke kloosterstaat, die enkel verantwoording af te leggen had aan de keizer van het Heilige Roomse Rijk. De keizerlijke macht lag daarbij in het Oost-Frankische, het latere Duitse koninkrijk. Een opmerkelijk zichtbaar teken van de contrareformatie is de voltooiing van het machtige kloostercomplex en de kloosterkerk, één der grootste voorbeelden van de Europese barok. Leuke details zijn de geschiedenis van het klooster uitgebeeld in een fresco in een koepelplafond en de in de fresco’s geïntegreerde beeldwerken. We nemen onze intrek in hotel Hirsch met zijn huisbrouwerij op het sfeervolle marktpleintje aan de voet van de kerk.
Het Vooralpenland
De route loopt over de weg naar Aitrang langs de oostelijke bron van de Gunz. In de bron staat een ijzeren reling, een zogenaamd ‘Trettbad’ waar je in ijskoud bronwater driemaal rond de reling moet lopen om zogenaamde nieuwe benen te krijgen. Even verder op een heuvel ontwaren we de bedevaartskerkje Sankt Alban. Jammer genoeg fietsen we dit prachtige parcours in de gutsende regen die we ontvluchten door halt houden bij de brasserie van de camping aan de Elbsee. Op de etage boven de brasserie oefent blijkbaar de plaatselijke muziekharmonie. Het volk blijft welgemutst aanwezig, maar de regen wordt blijkbaar verjaagd door het kenmerkende Alpengeschalm van hoorns en accordeons. We hadden onze overnachtingen maanden vooruit geboekt. Daarbij kwamen we tot de vaststelling dat vele hotels in deze periode in het Vooralpengebied al uitgeboekt waren. We konden nog terecht in een chalet annex hotel-restaurant kilometers ten zuiden van ons oorspronkelijk uitgedacht parcours. We stelden ons toen daarbij vragen tot we enkele Schotten in geruite rok zien rondlopen. Morgen is de openingswedstrijd van het EK-voetbal 2024 dat plaatsvindt in Duitsland en het Vooralpengebied zowat centraal ligt t.o.v. enkele grote voetbalstadions in Zuid-Duitsland. Een pluspunt van onze omweg is dat we een stukje van de Via Claudia Augusta fietsen en aan de Forggensee een vergezicht krijgen op de koningskastelen Neuschwanstein en Hohenschwangau.
De route loopt over de weg naar Aitrang langs de oostelijke bron van de Gunz. In de bron staat een ijzeren reling, een zogenaamd ‘Trettbad’ waar je in ijskoud bronwater driemaal rond de reling moet lopen om zogenaamde nieuwe benen te krijgen. Even verder op een heuvel ontwaren we de bedevaartskerkje Sankt Alban. Jammer genoeg fietsen we dit prachtige parcours in de gutsende regen die we ontvluchten door halt houden bij de brasserie van de camping aan de Elbsee. Op de etage boven de brasserie oefent blijkbaar de plaatselijke muziekharmonie. Het volk blijft welgemutst aanwezig, maar de regen wordt blijkbaar verjaagd door het kenmerkende Alpengeschalm van hoorns en accordeons. We hadden onze overnachtingen maanden vooruit geboekt. Daarbij kwamen we tot de vaststelling dat vele hotels in deze periode in het Vooralpengebied al uitgeboekt waren. We konden nog terecht in een chalet annex hotel-restaurant kilometers ten zuiden van ons oorspronkelijk uitgedacht parcours. We stelden ons toen daarbij vragen tot we enkele Schotten in geruite rok zien rondlopen. Morgen is de openingswedstrijd van het EK-voetbal 2024 dat plaatsvindt in Duitsland en het Vooralpengebied zowat centraal ligt t.o.v. enkele grote voetbalstadions in Zuid-Duitsland. Een pluspunt van onze omweg is dat we een stukje van de Via Claudia Augusta fietsen en aan de Forggensee een vergezicht krijgen op de koningskastelen Neuschwanstein en Hohenschwangau.
Harmonie tussen kunst en landschap
De volgende ochtend fietsen we onder een stralend zonnetje even in noordelijke richting om het oorspronkelijk parcours terug op te pikken. De Wieskirche, bedevaartskerk van de Gegeselde Verlosser op de Wies, is een rooms-katholieke bedevaartskerk die op de werelderfgoedlijst van UNESCO staat. De oprichting van de kerk gaat terug op een pelgrimstocht die begon in 1739. Het ontstond uit de verering van een beeld van de gegeselde Verlosser uit 1730 in het klooster Steingaden. Het beeld werd van 1732 tot 1734 meegedragen in de Goede Vrijdag-processie van het klooster. In 1738 kwam het in privébezit van een boer op de Wies waar op 14 juni 1738 de boerin tranen in de ogen van de figuur zag. Dit leidde tot kleine pelgrimstochten naar het beeld van de Verlosser en tot de bouw van een kleine veldkapel. In 1744 werd toestemming verkregen om de mis in de kapel op te dragen, waardoor de bedevaarten de officiële zegen van de kerk kregen. De harmonie tussen kunst en landschap in de huidige kerk is uniek. Jaarlijks bezoeken ruim een miljoen mensen de kerk. Op 1 mei wordt er de opening van het pelgrimsjaar gevierd en op 14 juni of de daaropvolgende zondag het Feest van de Tranen van Christus, herdenking van het tranenwonder en de oorsprong van de pelgrimstocht. De zondag dat wij er passeren en waar bewoners in traditionele klederdracht aan deelnemen. Door het natuurpark Ammergauer Alpen in de bedding van de rivier de Ammer bereiken we Oberammergau. In 1632 werd dit gebied getroffen door de pest en zworen de overlevenden elke tien jaar een Passiespel op te voeren, dat het lijden en sterven van Jezus Christus verbeeldde, in de hoop zo de pest weg te houden. Pinksteren 1634 werd het Passiespel voor de eerste keer opgevoerd op een podium boven de graven van de inwoners die aan de pest gestorven waren. Het Passiespel begint met de intrede van Jezus in Jeruzalem en eindigt met zijn wederopstanding na de kruisiging.
De volgende ochtend fietsen we onder een stralend zonnetje even in noordelijke richting om het oorspronkelijk parcours terug op te pikken. De Wieskirche, bedevaartskerk van de Gegeselde Verlosser op de Wies, is een rooms-katholieke bedevaartskerk die op de werelderfgoedlijst van UNESCO staat. De oprichting van de kerk gaat terug op een pelgrimstocht die begon in 1739. Het ontstond uit de verering van een beeld van de gegeselde Verlosser uit 1730 in het klooster Steingaden. Het beeld werd van 1732 tot 1734 meegedragen in de Goede Vrijdag-processie van het klooster. In 1738 kwam het in privébezit van een boer op de Wies waar op 14 juni 1738 de boerin tranen in de ogen van de figuur zag. Dit leidde tot kleine pelgrimstochten naar het beeld van de Verlosser en tot de bouw van een kleine veldkapel. In 1744 werd toestemming verkregen om de mis in de kapel op te dragen, waardoor de bedevaarten de officiële zegen van de kerk kregen. De harmonie tussen kunst en landschap in de huidige kerk is uniek. Jaarlijks bezoeken ruim een miljoen mensen de kerk. Op 1 mei wordt er de opening van het pelgrimsjaar gevierd en op 14 juni of de daaropvolgende zondag het Feest van de Tranen van Christus, herdenking van het tranenwonder en de oorsprong van de pelgrimstocht. De zondag dat wij er passeren en waar bewoners in traditionele klederdracht aan deelnemen. Door het natuurpark Ammergauer Alpen in de bedding van de rivier de Ammer bereiken we Oberammergau. In 1632 werd dit gebied getroffen door de pest en zworen de overlevenden elke tien jaar een Passiespel op te voeren, dat het lijden en sterven van Jezus Christus verbeeldde, in de hoop zo de pest weg te houden. Pinksteren 1634 werd het Passiespel voor de eerste keer opgevoerd op een podium boven de graven van de inwoners die aan de pest gestorven waren. Het Passiespel begint met de intrede van Jezus in Jeruzalem en eindigt met zijn wederopstanding na de kruisiging.
Het Ammerbronnengebied
Puur genot is de doortrek van het Ammerbronnengebied. Fietsers, wandelaars, rotsklimmers en andere buitenactiviteiten vinden hier volop hun gading. Op het einde van de natuurvlakte ingesloten door hoog oprijzende bergflanken verpozen we op het schaduwrijk terras van de Ettaler Mühle voor een plaatselijke hap. ‘Spätzle, Maultaschen en Kartoffelsalat’ zijn vaste recepten op de Zuid-Duitse menukaart. Mijn keuze gaat ditmaal naar de typische ‘Leberkäse mit Kartoffelsalat’ overbakken met een spiegelei. Het Ettal-klooster kan terugkijken op bijna 700 jaar zeer bewogen geschiedenis met een bloeitijd in de 17e en 18e E. vanwege de destijdse daar aanwezige benedictijnse Ridderacademie en de bedevaart naar “Onze Lieve Vrouw van Ettal”. Na een brand in 1744 werd het klooster herbouwd in de hedendaagse barokstijl. Vanaf het klooster eindigt het fietspad en moeten we de helse afdaling naar Oberau met het drukke verkeer delen, dat door de vele bochten gelukkig zijn snelheid dient in te binden. De fietswegwijzers sturen de fietsers over de oude Ettaler Strasse naar beneden, maar dit is voor bepakte fietsen, zelfs aan de hand, een huzarenstukje over een gevaarlijk onberijdbaar steil rotsachtig pad. Beneden leidt de Loisach-Radweg ons naar Garmisch-Partenkirchen, gelegen aan de voet van het Wettersteingebergte met de Zugspitse (2962 m) als hoogste berg van Duitsland. De plaatsnaam Garmisch-Partenkirchen bestaat pas sinds 1935 na samenvoeging van de twee dorpen Garmisch en Partenkirchen door Adolf Hitler, met als doel om in 1936 de Olympische Winterspelen te kunnen organiseren. Hierdoor werd Garmisch-Partenkirchen wereldberoemd. Op nieuwjaarsdag vindt ieder jaar het skischansspringen plaats dat deel uitmaakt van het wel gekende Vierschansentornooi. De fietsroute naar Mittenwald brengt ons op de Sattel (983 m), de oversteek in de vallei van de Isar. Tijd voor een laatste zonnig terrasje en dan over de Isar-Radweg naar Mittenwald.
Puur genot is de doortrek van het Ammerbronnengebied. Fietsers, wandelaars, rotsklimmers en andere buitenactiviteiten vinden hier volop hun gading. Op het einde van de natuurvlakte ingesloten door hoog oprijzende bergflanken verpozen we op het schaduwrijk terras van de Ettaler Mühle voor een plaatselijke hap. ‘Spätzle, Maultaschen en Kartoffelsalat’ zijn vaste recepten op de Zuid-Duitse menukaart. Mijn keuze gaat ditmaal naar de typische ‘Leberkäse mit Kartoffelsalat’ overbakken met een spiegelei. Het Ettal-klooster kan terugkijken op bijna 700 jaar zeer bewogen geschiedenis met een bloeitijd in de 17e en 18e E. vanwege de destijdse daar aanwezige benedictijnse Ridderacademie en de bedevaart naar “Onze Lieve Vrouw van Ettal”. Na een brand in 1744 werd het klooster herbouwd in de hedendaagse barokstijl. Vanaf het klooster eindigt het fietspad en moeten we de helse afdaling naar Oberau met het drukke verkeer delen, dat door de vele bochten gelukkig zijn snelheid dient in te binden. De fietswegwijzers sturen de fietsers over de oude Ettaler Strasse naar beneden, maar dit is voor bepakte fietsen, zelfs aan de hand, een huzarenstukje over een gevaarlijk onberijdbaar steil rotsachtig pad. Beneden leidt de Loisach-Radweg ons naar Garmisch-Partenkirchen, gelegen aan de voet van het Wettersteingebergte met de Zugspitse (2962 m) als hoogste berg van Duitsland. De plaatsnaam Garmisch-Partenkirchen bestaat pas sinds 1935 na samenvoeging van de twee dorpen Garmisch en Partenkirchen door Adolf Hitler, met als doel om in 1936 de Olympische Winterspelen te kunnen organiseren. Hierdoor werd Garmisch-Partenkirchen wereldberoemd. Op nieuwjaarsdag vindt ieder jaar het skischansspringen plaats dat deel uitmaakt van het wel gekende Vierschansentornooi. De fietsroute naar Mittenwald brengt ons op de Sattel (983 m), de oversteek in de vallei van de Isar. Tijd voor een laatste zonnig terrasje en dan over de Isar-Radweg naar Mittenwald.
Leutschacher Ache
Mittenwald ligt aan de grens met Oostenrijk, ontleent zijn bekendheid sinds 1685 aan de vioolbouw en kenmerkt zich net als Oberammergau door de beschilderde traditionele huizen. Met dat verschil dat het kleine centrum één groot schilderachtig traditioneel geheel biedt. Nadat de Leutschacher Ache door een wilde kloof naar beneden dondert, mondt deze hier beneden uit in de Isar. De kloof inclusief waterval is te voet te bezoeken over speciaal daarvoor aangelegde paden en bruggen. Wij overwinnen de 100 hoogtemeters naar de Oostenrijkse grens mits een ca. 2 kilometer lange klim over de weg naar Weidach. In het hoger gelegen dal aangekomen volgen we de wegwijzers ‘Durch das Leutschatal’ over een grindfietspad dat in een vals plat in de directe nabijheid van de rivier omhoog loopt. Over asfalt gaat het dan over de bergpas ‘Buchener Höhe (1247 m)’, het hoogste punt op onze reis, in de Innvallei. Er volgt een 7 km lange afdaling aan 8 à 9 % naar het 600 hoogtemeters lager gelegen Telfs. Het uitzicht net als de afdaling op zich is adembenemend.
Mittenwald ligt aan de grens met Oostenrijk, ontleent zijn bekendheid sinds 1685 aan de vioolbouw en kenmerkt zich net als Oberammergau door de beschilderde traditionele huizen. Met dat verschil dat het kleine centrum één groot schilderachtig traditioneel geheel biedt. Nadat de Leutschacher Ache door een wilde kloof naar beneden dondert, mondt deze hier beneden uit in de Isar. De kloof inclusief waterval is te voet te bezoeken over speciaal daarvoor aangelegde paden en bruggen. Wij overwinnen de 100 hoogtemeters naar de Oostenrijkse grens mits een ca. 2 kilometer lange klim over de weg naar Weidach. In het hoger gelegen dal aangekomen volgen we de wegwijzers ‘Durch das Leutschatal’ over een grindfietspad dat in een vals plat in de directe nabijheid van de rivier omhoog loopt. Over asfalt gaat het dan over de bergpas ‘Buchener Höhe (1247 m)’, het hoogste punt op onze reis, in de Innvallei. Er volgt een 7 km lange afdaling aan 8 à 9 % naar het 600 hoogtemeters lager gelegen Telfs. Het uitzicht net als de afdaling op zich is adembenemend.
De heiligdommen in de Innvallei
De Bedevaartskerk en -grot Maria Locherboden hoog boven het Inndal op het Mieminger plateau lijkt ons de geschikte plek om onze in Telfs ingekochte picknick te verorberen. Maar daar moeten we weer 200 hoogtemeter voor omhoog, met op het einde naar de op de rots gelegen kapel als extraatje een kort maar heimelijk steil klimmetje. Bedevaart in de Alpen is volgens mij een equivalent van boetedoening. Waarom zou men anders deze altijd op een hoogte plaatsen? Of is het om de naam calvarieberg eer aan te doen? Vanuit het dorp Mötz in de vallei loopt een kruisweg omhoog naar Locherboden. In de maanden mei tot en met oktober vindt er op de 11e dag van de maand een nachtelijke bedevaart naar Maria Locherboden plaats.
Stams was een belangrijk bedevaartsoord. Sinds het jaar 700 staat er in Stams een kerk gewijd aan Johannes de Doper die zich ontwikkelde tot bedevaartsoord. Rond het jaar 1000 werd in de Stamskerk een relikwie van Johannes de Doper vereerd. Het was waarschijnlijk zijn vinger die vanaf 1420 ingesloten zat in de rechter wijsvinger van het Johannes de Doperbeeld. Helaas is het relikwie zelf niet meer behouden. Sinds 2006 is er opnieuw een relikwie van St. Johannes de Doper in de parochiekerk. De bedevaart was waarschijnlijk ook de reden waarom graaf Meinhard II en zijn vrouw Elisabeth in 1273 een cisterciënzerklooster in Stams stichtten waar de monniken de pastorale zorg voor de bedevaarten overnamen. Met de verwerving van het kostbare relikwie van het Heilig Bloed aan het begin van de 14e E werd de abdij Stams een drukbezocht bedevaartsoord. Het relikwie van het Heilig Bloed kreeg een eigen kapel die in 1306 werd ingewijd, waarop de pelgrimstocht naar het relikwie van het Heilig Bloed op gang kwam. De reputatie van het klooster was zo uitstekend dat keizer Karel IV het zelfs de Duitse keizerlijke regalia en keizerlijke relikwieën in bewaring gaf. Tussen 1348 en 1350 werd de abdij van Stams bewaker van de keizerlijke schatkist. Gebeurtenissen in de 16e E zoals de boerenopstand, de reformatie, de economische neergang, de brand van de pelgrimsherberg en de -kerk in 1593 en de kort daarna volgende Dertigjarige Oorlog, maakten een einde aan de voorheen bloeiende bedevaartsgeschiedenis in Stams. In 1757 werd het wonderbaarlijke beeld van Maria van Goede Raad (Madonna van Genazzano) aangekocht. De in datzelfde jaar opgerichte Broederschap van Maria telde maar liefst 8.000 geregistreerde leden en maakte van de Heilig Bloedkapel een drukbezochte dubbele bedevaart. Kopieën van het beeld verspreiden zich van Stams naar talrijke kloosters, kerken en kapellen in Tirol, Zuid-Tirol en Centraal-Zwitserland. De laatste 10 km van de Innradweg naar Innsbruck zit het fietspad geprangd tussen de Inn en de uiterst druk bereden autoweg met veel lawaaihinder als gevolg. Voor wie daar niet van houdt kan net als wij uitwijken op een alternatieve route, eerst verwijdert van de autoweg langs de spoorlijn en daarna naar de andere oever wisselend om uiteindelijk via de oude brug het stadscentrum binnen te fietsen.
De Bedevaartskerk en -grot Maria Locherboden hoog boven het Inndal op het Mieminger plateau lijkt ons de geschikte plek om onze in Telfs ingekochte picknick te verorberen. Maar daar moeten we weer 200 hoogtemeter voor omhoog, met op het einde naar de op de rots gelegen kapel als extraatje een kort maar heimelijk steil klimmetje. Bedevaart in de Alpen is volgens mij een equivalent van boetedoening. Waarom zou men anders deze altijd op een hoogte plaatsen? Of is het om de naam calvarieberg eer aan te doen? Vanuit het dorp Mötz in de vallei loopt een kruisweg omhoog naar Locherboden. In de maanden mei tot en met oktober vindt er op de 11e dag van de maand een nachtelijke bedevaart naar Maria Locherboden plaats.
Stams was een belangrijk bedevaartsoord. Sinds het jaar 700 staat er in Stams een kerk gewijd aan Johannes de Doper die zich ontwikkelde tot bedevaartsoord. Rond het jaar 1000 werd in de Stamskerk een relikwie van Johannes de Doper vereerd. Het was waarschijnlijk zijn vinger die vanaf 1420 ingesloten zat in de rechter wijsvinger van het Johannes de Doperbeeld. Helaas is het relikwie zelf niet meer behouden. Sinds 2006 is er opnieuw een relikwie van St. Johannes de Doper in de parochiekerk. De bedevaart was waarschijnlijk ook de reden waarom graaf Meinhard II en zijn vrouw Elisabeth in 1273 een cisterciënzerklooster in Stams stichtten waar de monniken de pastorale zorg voor de bedevaarten overnamen. Met de verwerving van het kostbare relikwie van het Heilig Bloed aan het begin van de 14e E werd de abdij Stams een drukbezocht bedevaartsoord. Het relikwie van het Heilig Bloed kreeg een eigen kapel die in 1306 werd ingewijd, waarop de pelgrimstocht naar het relikwie van het Heilig Bloed op gang kwam. De reputatie van het klooster was zo uitstekend dat keizer Karel IV het zelfs de Duitse keizerlijke regalia en keizerlijke relikwieën in bewaring gaf. Tussen 1348 en 1350 werd de abdij van Stams bewaker van de keizerlijke schatkist. Gebeurtenissen in de 16e E zoals de boerenopstand, de reformatie, de economische neergang, de brand van de pelgrimsherberg en de -kerk in 1593 en de kort daarna volgende Dertigjarige Oorlog, maakten een einde aan de voorheen bloeiende bedevaartsgeschiedenis in Stams. In 1757 werd het wonderbaarlijke beeld van Maria van Goede Raad (Madonna van Genazzano) aangekocht. De in datzelfde jaar opgerichte Broederschap van Maria telde maar liefst 8.000 geregistreerde leden en maakte van de Heilig Bloedkapel een drukbezochte dubbele bedevaart. Kopieën van het beeld verspreiden zich van Stams naar talrijke kloosters, kerken en kapellen in Tirol, Zuid-Tirol en Centraal-Zwitserland. De laatste 10 km van de Innradweg naar Innsbruck zit het fietspad geprangd tussen de Inn en de uiterst druk bereden autoweg met veel lawaaihinder als gevolg. Voor wie daar niet van houdt kan net als wij uitwijken op een alternatieve route, eerst verwijdert van de autoweg langs de spoorlijn en daarna naar de andere oever wisselend om uiteindelijk via de oude brug het stadscentrum binnen te fietsen.
Innsbruck
De oude Innbrug was vroeger de enige brug over de Inn waardoor Innsbruck de handelaars het stapelrecht oplegden. Dat hield in dat deze één dag lang hun waren moesten verkopen vooraleer de brug over te steken. Waarteken van de stad is het gouden dak, een erker met 2657 vergulde koperen leien, het pronkterras van keizer Maximiliaan. Maximiliaan was keizer van het Rooms Duitse Rijk en getrouwd met Maria van Bourgondië. Een keizer die inzat met de gedachte dat men hem zou herinneren na zijn dood. Een terugkerend stadsbeeld is de beeltenis van de Maria zur Hilfe, de protestantse Maria afgebeeld als moeder met kindje Jezus.
e kathedraal ‘Dom zu Sankt Jakob’ wijst op de locatie van de kerk aan de pelgrimsroute naar Santiago de Compostela. In de kerk bevindt zich het grafmonument van keizer Maximiliaan III van Oostenrijk, grootmeester in de Duitse Orde en regent van Tirol van 1612 tot 1618. Het hoogaltaar bevat een beeltenis van Maria met Kind van Lucas Cranach de Oudere. Rechts in het altaar staat een buste van Sint-Jacobus. De plafondschilderingen in de koepels geven fragmenten weer uit het leven van Sint-Jacobus. Ons hotel ligt bij het station, want morgen in de vroegte vertrekt hier onze trein. Een afscheidsdronk in de bar en ontbijten vinden plaats op het 13e verdiep, hoog boven de stad met 360°-zicht op de bergen en de Innvallei. De zon ondergaand achter de bergen en een ‘Grüß Gott’ sluiten we af.
De oude Innbrug was vroeger de enige brug over de Inn waardoor Innsbruck de handelaars het stapelrecht oplegden. Dat hield in dat deze één dag lang hun waren moesten verkopen vooraleer de brug over te steken. Waarteken van de stad is het gouden dak, een erker met 2657 vergulde koperen leien, het pronkterras van keizer Maximiliaan. Maximiliaan was keizer van het Rooms Duitse Rijk en getrouwd met Maria van Bourgondië. Een keizer die inzat met de gedachte dat men hem zou herinneren na zijn dood. Een terugkerend stadsbeeld is de beeltenis van de Maria zur Hilfe, de protestantse Maria afgebeeld als moeder met kindje Jezus.
e kathedraal ‘Dom zu Sankt Jakob’ wijst op de locatie van de kerk aan de pelgrimsroute naar Santiago de Compostela. In de kerk bevindt zich het grafmonument van keizer Maximiliaan III van Oostenrijk, grootmeester in de Duitse Orde en regent van Tirol van 1612 tot 1618. Het hoogaltaar bevat een beeltenis van Maria met Kind van Lucas Cranach de Oudere. Rechts in het altaar staat een buste van Sint-Jacobus. De plafondschilderingen in de koepels geven fragmenten weer uit het leven van Sint-Jacobus. Ons hotel ligt bij het station, want morgen in de vroegte vertrekt hier onze trein. Een afscheidsdronk in de bar en ontbijten vinden plaats op het 13e verdiep, hoog boven de stad met 360°-zicht op de bergen en de Innvallei. De zon ondergaand achter de bergen en een ‘Grüß Gott’ sluiten we af.
Praktisch
STARTPLAATS: Ulm
AFSTAND: 333 km
ETAPPES:
Ulm → Ottobeuren = 82 km
Ottobeuren → Buching = 80 km
Buching → Mittenwald = 80 km
Mittenwald → Innsbruck = 91 km
LOGIES: overnachtingsmogelijkheden aller aard, van campings tot hotels, in de buurt van de etappeplaatsen.
JH in Ulm, Ottobeuren, Fussen, Oberammergau, Garmisch-Partenkirchen, Mittenwald, Innsbruck.
Terugreis Innsbruck → Ulm: rechtstreekse hogesnelheidstrein ICE met 8 fietsplaatsen (enkel mits voorafgaande reservatie)
INFO VOLLEDIGE ROUTE:
Web-fietsgids Pelgrimsfietsroute XXL: pelgrimsfietsroute-xxl.weebly.com
GPS-Tracks:
STARTPLAATS: Ulm
AFSTAND: 333 km
ETAPPES:
Ulm → Ottobeuren = 82 km
Ottobeuren → Buching = 80 km
Buching → Mittenwald = 80 km
Mittenwald → Innsbruck = 91 km
LOGIES: overnachtingsmogelijkheden aller aard, van campings tot hotels, in de buurt van de etappeplaatsen.
JH in Ulm, Ottobeuren, Fussen, Oberammergau, Garmisch-Partenkirchen, Mittenwald, Innsbruck.
Terugreis Innsbruck → Ulm: rechtstreekse hogesnelheidstrein ICE met 8 fietsplaatsen (enkel mits voorafgaande reservatie)
INFO VOLLEDIGE ROUTE:
Web-fietsgids Pelgrimsfietsroute XXL: pelgrimsfietsroute-xxl.weebly.com
GPS-Tracks:

01_ulm-ottobeuren_82_km.gpx | |
File Size: | 301 kb |
File Type: | gpx |

02_ottobeuren-buching_80_km.gpx | |
File Size: | 244 kb |
File Type: | gpx |

03_buching-mittenwald_80_km.gpx | |
File Size: | 280 kb |
File Type: | gpx |

04_mittenwald-innsbruck_91_km.gpx | |
File Size: | 302 kb |
File Type: | gpx |

poi_ulm_-_innsbruck_2024.gpx | |
File Size: | 16 kb |
File Type: | gpx |