Lac de Madine
Het Mirabellenland,de Maasheuvels en de vlakte van Woëvre
Met Nederlandstalige brochures probeert de Franse regio Meuse de actieve recreanten voor hun streek warm te maken. Het recreatiemeer Lac de Madine in het natuurpark Lorraine leek ons een geschikte uitvalbasis om enkele lussen uit de brochure ‘Meuse, 24 fietstochten in de Franse Maasstreek’ te ontdekken.
Recreatiemeer en natuurreservaat Het meer ‘Lac de Madine’ situeert zich in het hart van het regionale natuurpark Lorraine, een natuurgebied gelegen tussen de Maas en de Moezel die hier een 40 km uit elkaar liggen. Het riviertje de Madine voedt het gelijknamige 1100 ha grote meer, gelegen in een prachtig natuurkader aan de voet van de grillige Côtes de la Meuse (de Maasheuvels). Het meer is omgeven door bossen en rietvelden, een ideale habitat voor 263 soorten vogels. De dorpjes Heudicourt-sous-les-Côtes, Nonsard-Lamarche en Montsec liggen op een boogscheut van het meer verwijderd. Het recreatiegebied met campings, vakantiehuisjes, zeil- en surfscholen, hengelplaatsen, zwemstranden, golfterrein, sportvelden en horeca situeert zich vooral aan de noordzijde van het meer tussen Heudicourt en Nonsard. Omheen het meer loopt een natuurwandel- annex fiets- en ruiterroute. Ten zuiden van het recreatiegebied is het meer grotendeels omgeven door een smalle bosgordel. Tussen het meer en de Maasheuvels ligt een smalle vlakte beplant met Mirabellenboompjes. Aan het einde van het meer krijg je een soort Mozes en de Rode Zee effect. Het meer verdwijnt in een lange gleuf om zijn weg verder te zetten naar de Moezel. Na samenvloeiing met de Rupt krijgt de rivier de naam ‘Rupt de Mad’. |

Een vlakke rustige start
Reis je in de voormiddag vanuit België aan, kan je in de namiddag als eerste kennismaking kiezen voor de ietwat kortere in de brochure ‘Meuse, 24 fietstochten in de Franse Maasstreek’ beschreven fietsroute ‘Om het Madinemeer’. Je fietst hierbij over de departementale wegen rondom het meer, met als hoogtepunt het Amerikaanse oorlogsmonument van Montsec ten zuiden van het meer. Beklim je vandaag deze heuvel niet, dan zeker op de volgende tocht want dit is letterlijk het meest indrukwekkende schouwspel op deze fietsreis. Bovenop de helling staat het herdenkingsmonument voor de deelname der Amerikanen aan WO I in 1917 en 1918. Via een lange brede centrale trap betreden we het met zuilen onderstutte witte cirkelvormige op een tempel lijkende monument. In het midden vertelt een maquette meer over het slagveld in de vallei. Op de vloer tussen de zuilen vormen plaatsnamen met richtingpijlen en afstanden een grote oriëntatietafel. Het panorama vanaf de heuvel op het meer van Madine, de vlakte van Woëvre en de Maasheuvels is fenomenaal.
Reis je in de voormiddag vanuit België aan, kan je in de namiddag als eerste kennismaking kiezen voor de ietwat kortere in de brochure ‘Meuse, 24 fietstochten in de Franse Maasstreek’ beschreven fietsroute ‘Om het Madinemeer’. Je fietst hierbij over de departementale wegen rondom het meer, met als hoogtepunt het Amerikaanse oorlogsmonument van Montsec ten zuiden van het meer. Beklim je vandaag deze heuvel niet, dan zeker op de volgende tocht want dit is letterlijk het meest indrukwekkende schouwspel op deze fietsreis. Bovenop de helling staat het herdenkingsmonument voor de deelname der Amerikanen aan WO I in 1917 en 1918. Via een lange brede centrale trap betreden we het met zuilen onderstutte witte cirkelvormige op een tempel lijkende monument. In het midden vertelt een maquette meer over het slagveld in de vallei. Op de vloer tussen de zuilen vormen plaatsnamen met richtingpijlen en afstanden een grote oriëntatietafel. Het panorama vanaf de heuvel op het meer van Madine, de vlakte van Woëvre en de Maasheuvels is fenomenaal.
Water en nog eens water
De volgende ochtend staan we paraat om de confrontatie aan te gaan met het heuvellandschap dat het meer en de vlakte van Woëvre scheidt van de Maas. We kiezen om de ‘Tour du Lac’ te combineren met fietstocht 14 ‘Stukje regionaal Natuurpark van Lorraine’ uit de brochure ‘Meuse, 24 fietstochten in de Franse Maasstreek’. Hiervoor fietsen we vanuit Heudicourt-sous-les-Côtes, onze startplaats, via de weg met de toepasselijke straatnaam ‘Rue du Lac’ naar het meer. Deze sluit aan op de ‘Tour du Lac’, een 20 km lange route rond het meer met zowel asfalt-, grind-, zand- en boswegen. Wij fietsen rechts om het meer via een smal weidepad dat na een passage over een smalle dijk, die een inham afsnijdt, de bosrand opzoekt. Na een volgende dijk fietsen we kriskras door een bosje, met nog een dijkovergang naar een volgend bos. Een brede grindweg leidt tenslotte het bos uit tot op de D119 die we naar rechts volgen tot Woinville. Voor ons ligt een uitloper van de Côtes de la Meuse. Een klim van 2 km wacht ons, maar de weet dat we daarna 8 km mogen dalen door de vallei van de Marsoupe tot in St-Mihiel geeft ons kracht. In de afdaling staan aan de wegrand verscheidene fonteinen (bronnen) zoals de ‘Fontaine Allemande’, de ‘Fontaine des Carmes’ en de ‘Fontaine Ste-Margeritte’. We fietsen St-Mihiel, een stadje aan de Maas, via het oude stadsdeel binnen. Ieder stadje en dorpje maken we er trouwens een gewoonte van om de centrumstraten te verkennen, op zoek naar een wasbekken, een fontein (bron), typische eeuwenoude huizen met gekleurde houten luiken of een ander interessant bouwsel. Heb je geen picknick bij is dit de plek om er eentje aan te schaffen of naar een eethuisje uit te kijken. St-Mihiel is de geboorteplaats van enkele beroemde personen. De beeldhouwer Ligier Richier liet twee meesterwerken aan de stad na, ze zijn te zien in de beide kerken. Nicolas Cordier vervaardigde de graftombe van Paus Clemens VII in Rome en Kolonel Lebel was de ontwerper van het gelijknamige geweer. Het standaard grendelgeweer van het Franse leger in gebruik van 1886 tot 1916 had vele vooruitstrevende eigenschappen voor die tijd. Naast de hoofdkerk ligt het oude klooster met het museum voor Heilige kunst en de Benedictijner bibliotheek met boeken vanaf de 9de eeuw. Bij de Maas gekomen nemen we links voor de brug het jaagpad dat een eind verder bij een parkje met speelterrein op een weg uitloopt, die op zijn beurt overgaat in een grindweg. Deze leidt ons een heuvel hoog en over asfalt dalen we naar het dorpje Bislée. We snijden zo in feite twee grote meanders van de Maas die hier een grote ‘S’ vormen. Naast de weg staat een stenen zuil met een kruis erop, een oude geloofsuiting voor een goede oogst of geluk. We komen zulke kruisbeelden bij de haverklap tegen. Het zicht op het dorp met daarachter bossen tegen de Maashelling is even genieten. We steken de Maas over daar waar een kanaaltje de tweede meander afsnijdt. Bij een oude in onbruik geraakte spoorweg in Koeur-la-Grande staan enkele zitbanken verdeeld over een grindveld, de ideale plek voor onze picknick. Koeur-la-Petite is een openluchtmuseum op zich. Aan het centrale pleintje ligt een groot waterbekken. Op de rand in een hoek onder een groen afdakje staat een oude kar. Op het pleintje zelf staan een fontein en een oude waterpomp ten gunste van de brandweer uit 1919. In de kleine straatjes van het dorpje gaan nog twee fonteintjes schuil en in een uithoek staat een vervallen kasteel, het geboortehuis van Marguerite d’Anjou. We steken nu de tweede meander af en dit betekent opnieuw een klimmetje maar ook weer genieten van het leuke panorama. We fietsen over het kanaaltje, dat de meander afsnijdt, en even verder ook over de Maas. Deze vloeit hier in een brede bedding, splits enkele malen en maakt meerdere kronkels. Bij hevige regen lopen de weiden hier gemakkelijk onder. Brasseitte ligt over de Maas aan de buitenkant van de Meander, een typisch lintdorp kenmerkend voor de Lorraine, bestaande uit één straat. Ook hier treffen we een paneel aan met de uitleg over het dorp. Bij het herdenkingsmonument staren we naar de kracht van de eroderende Maas. Mécrin, ligt achter de volgende heuvel. Ook hier is het weer de moeite om even naar de kerk te fietsen, midden door het dorpje loopt de Marbottebeek langsheen de kerkmuur. Marbotte is een dorpje hogerop in de vallei, dat we bereiken na een lang vals plat. Een paneel vertelt ons dat de kerk tijdens WO I diende als hospitaal, de tegels kleurden rood van de vele gewonden en doden. In de ‘Mairie’, het dorpshuis, is een klein oorlogsmuseum ondergebracht. Bij het buiten rijden staat een monument, ertegenover ligt een Frans nationaal oorlogskerkhof. Op een heuvel bij het binnenfietsen van Aprémont-le-Forêt ligt op een ronde heuveltop een oud luguber door een vervallen muur omgeven kerkhof met enkele resterende grafstenen waar op die in het midden nog net een kruis op vallen na scheef wegsteekt. De bossen tussen St-Mihiel, Marbotte en Aprémont-le-Forêt noemt de ‘Saillant van St-Mihiel’. Hier is 4 jaar lang hevige strijd geleverd in de bossen Bois d’Ailly en Bois Brûlé. Op de plek ‘Tranchée de la Soif ‘ getuigen loopgraven van de bitsige strijd. De Amerikaanse stad Holyoke in de staat Massachusetts schonk in 1922 de wasplaats aan het dorp Aprémont-le-Forêt ter nagedachtenis van de gesneuvelde Amerikanen bij de verovering van de ‘Saillant van St-Mihiel’. Via Loupmont, eveneens met overdekte wasplaats, fietsen we naar Montsec. De weg gaat klimmen en een afsteker leidt naar de top van de ‘Butte’ de Montsec. Heb je hem op de ontdekkingsroute gisteren niet omhoog gereden dan is dit nu aan de orde. In het dorp nemen we de grindweg richting meer en fietsen over het vervolg van de ‘Tour du Lac’ opnieuw rechts er omheen. Eerst over een smal grindpad door een bosgordel waarna we het waterrecreatiegebied bereiken van Nonsard. De oever alsmaar volgend voorbij aan het golfterrein, de campings en de vakantiehuisjes gaat het naar Heudicourt-sous-les-Côtes.
De volgende ochtend staan we paraat om de confrontatie aan te gaan met het heuvellandschap dat het meer en de vlakte van Woëvre scheidt van de Maas. We kiezen om de ‘Tour du Lac’ te combineren met fietstocht 14 ‘Stukje regionaal Natuurpark van Lorraine’ uit de brochure ‘Meuse, 24 fietstochten in de Franse Maasstreek’. Hiervoor fietsen we vanuit Heudicourt-sous-les-Côtes, onze startplaats, via de weg met de toepasselijke straatnaam ‘Rue du Lac’ naar het meer. Deze sluit aan op de ‘Tour du Lac’, een 20 km lange route rond het meer met zowel asfalt-, grind-, zand- en boswegen. Wij fietsen rechts om het meer via een smal weidepad dat na een passage over een smalle dijk, die een inham afsnijdt, de bosrand opzoekt. Na een volgende dijk fietsen we kriskras door een bosje, met nog een dijkovergang naar een volgend bos. Een brede grindweg leidt tenslotte het bos uit tot op de D119 die we naar rechts volgen tot Woinville. Voor ons ligt een uitloper van de Côtes de la Meuse. Een klim van 2 km wacht ons, maar de weet dat we daarna 8 km mogen dalen door de vallei van de Marsoupe tot in St-Mihiel geeft ons kracht. In de afdaling staan aan de wegrand verscheidene fonteinen (bronnen) zoals de ‘Fontaine Allemande’, de ‘Fontaine des Carmes’ en de ‘Fontaine Ste-Margeritte’. We fietsen St-Mihiel, een stadje aan de Maas, via het oude stadsdeel binnen. Ieder stadje en dorpje maken we er trouwens een gewoonte van om de centrumstraten te verkennen, op zoek naar een wasbekken, een fontein (bron), typische eeuwenoude huizen met gekleurde houten luiken of een ander interessant bouwsel. Heb je geen picknick bij is dit de plek om er eentje aan te schaffen of naar een eethuisje uit te kijken. St-Mihiel is de geboorteplaats van enkele beroemde personen. De beeldhouwer Ligier Richier liet twee meesterwerken aan de stad na, ze zijn te zien in de beide kerken. Nicolas Cordier vervaardigde de graftombe van Paus Clemens VII in Rome en Kolonel Lebel was de ontwerper van het gelijknamige geweer. Het standaard grendelgeweer van het Franse leger in gebruik van 1886 tot 1916 had vele vooruitstrevende eigenschappen voor die tijd. Naast de hoofdkerk ligt het oude klooster met het museum voor Heilige kunst en de Benedictijner bibliotheek met boeken vanaf de 9de eeuw. Bij de Maas gekomen nemen we links voor de brug het jaagpad dat een eind verder bij een parkje met speelterrein op een weg uitloopt, die op zijn beurt overgaat in een grindweg. Deze leidt ons een heuvel hoog en over asfalt dalen we naar het dorpje Bislée. We snijden zo in feite twee grote meanders van de Maas die hier een grote ‘S’ vormen. Naast de weg staat een stenen zuil met een kruis erop, een oude geloofsuiting voor een goede oogst of geluk. We komen zulke kruisbeelden bij de haverklap tegen. Het zicht op het dorp met daarachter bossen tegen de Maashelling is even genieten. We steken de Maas over daar waar een kanaaltje de tweede meander afsnijdt. Bij een oude in onbruik geraakte spoorweg in Koeur-la-Grande staan enkele zitbanken verdeeld over een grindveld, de ideale plek voor onze picknick. Koeur-la-Petite is een openluchtmuseum op zich. Aan het centrale pleintje ligt een groot waterbekken. Op de rand in een hoek onder een groen afdakje staat een oude kar. Op het pleintje zelf staan een fontein en een oude waterpomp ten gunste van de brandweer uit 1919. In de kleine straatjes van het dorpje gaan nog twee fonteintjes schuil en in een uithoek staat een vervallen kasteel, het geboortehuis van Marguerite d’Anjou. We steken nu de tweede meander af en dit betekent opnieuw een klimmetje maar ook weer genieten van het leuke panorama. We fietsen over het kanaaltje, dat de meander afsnijdt, en even verder ook over de Maas. Deze vloeit hier in een brede bedding, splits enkele malen en maakt meerdere kronkels. Bij hevige regen lopen de weiden hier gemakkelijk onder. Brasseitte ligt over de Maas aan de buitenkant van de Meander, een typisch lintdorp kenmerkend voor de Lorraine, bestaande uit één straat. Ook hier treffen we een paneel aan met de uitleg over het dorp. Bij het herdenkingsmonument staren we naar de kracht van de eroderende Maas. Mécrin, ligt achter de volgende heuvel. Ook hier is het weer de moeite om even naar de kerk te fietsen, midden door het dorpje loopt de Marbottebeek langsheen de kerkmuur. Marbotte is een dorpje hogerop in de vallei, dat we bereiken na een lang vals plat. Een paneel vertelt ons dat de kerk tijdens WO I diende als hospitaal, de tegels kleurden rood van de vele gewonden en doden. In de ‘Mairie’, het dorpshuis, is een klein oorlogsmuseum ondergebracht. Bij het buiten rijden staat een monument, ertegenover ligt een Frans nationaal oorlogskerkhof. Op een heuvel bij het binnenfietsen van Aprémont-le-Forêt ligt op een ronde heuveltop een oud luguber door een vervallen muur omgeven kerkhof met enkele resterende grafstenen waar op die in het midden nog net een kruis op vallen na scheef wegsteekt. De bossen tussen St-Mihiel, Marbotte en Aprémont-le-Forêt noemt de ‘Saillant van St-Mihiel’. Hier is 4 jaar lang hevige strijd geleverd in de bossen Bois d’Ailly en Bois Brûlé. Op de plek ‘Tranchée de la Soif ‘ getuigen loopgraven van de bitsige strijd. De Amerikaanse stad Holyoke in de staat Massachusetts schonk in 1922 de wasplaats aan het dorp Aprémont-le-Forêt ter nagedachtenis van de gesneuvelde Amerikanen bij de verovering van de ‘Saillant van St-Mihiel’. Via Loupmont, eveneens met overdekte wasplaats, fietsen we naar Montsec. De weg gaat klimmen en een afsteker leidt naar de top van de ‘Butte’ de Montsec. Heb je hem op de ontdekkingsroute gisteren niet omhoog gereden dan is dit nu aan de orde. In het dorp nemen we de grindweg richting meer en fietsen over het vervolg van de ‘Tour du Lac’ opnieuw rechts er omheen. Eerst over een smal grindpad door een bosgordel waarna we het waterrecreatiegebied bereiken van Nonsard. De oever alsmaar volgend voorbij aan het golfterrein, de campings en de vakantiehuisjes gaat het naar Heudicourt-sous-les-Côtes.
Van heuvel naar heuvel
Vandaag kiezen we voor een combinatie van de fietstochten 12 en 13 die tochten beschrijven door de Côtes de Meuse. Hiervoor fietsen we naar Vigneulles-lès-Hattonchâtel aan de voet van deze Maasheuvels. De weg loopt lang rechtuit op de heuvels toe. Het silhouet van Hattonchâtel, met versterkingsmuren, kerk en kasteel boven op de eerste heuvelflank, steekt boven Vigneulles uit en is dan ook al van ver zichtbaar. In de helse klim naar boven ligt langs de weg een open wasbekken uit natuursteen. Het dorpje ligt op een smalle heuvelrug. De weg splitst midden in het kleine middeleeuwse dorp en komt voor het kasteel weer samen. Hier heb je een uniek uitzicht op de vlakte van Woëvre en het meer van Madine. Het kasteeldorp boven en het dorpje Hattonville aan de voet van de heuvel zijn vernoemd naar Hatton, bisschop van Verdun in 870. De westelijke slotgracht, de toegangspoort en delen van de noordelijke en zuidelijke muur zijn nog authentiek middeleeuws. Aan de collegiale kerk vast ligt een klein gotisch klooster. Een doorgang onder het gemeentehuis geeft toegang tot een terras hoog boven de vlakte, met zicht op de mirabellenbomen en Vigneulles-lès-Hattonchâtel. In de doorgang ligt de toegang tot het museum ‘Maison des Arts et Traditions’. We fietsen terug naar de ingang van het dorp en nemen de weg richting Verdun, maar kiezen op de volgende splitsing voor die naar St-Rémy-la-Calonne. De wegen lopen parallel, beide over een beboste heuvelrug met ertussen de vallei van de Longeau. De andere weg noemt de ‘Tranchée de Calonne’ en is een door Calonne, minister van financiën van Lodewijk XVI, in 1786 opgerichte snelle verbinding tussen Hattonchâtel en Verdun. 25 km lang loopt deze over de heuvelrug zonder één dorp aan te doen. Wij maken gebruik van hem op onze terugtocht. St-Rémy-la-Calonne bereiken we via een superbe afdaling door een maanvormige vallei met prachtige solitaire bomen in open grasvlaktes. Midden in het dorp ligt een Frans nationaal militair kerkhof. Vanuit het volgende dorp Les Esparges loopt een weg rechts de heuvel hoog opnieuw naar een Frans nationaal militair kerkhof en een herdenkingsmonument, genre obelisk met de Franse haan erbovenop. Het is leuk fietsen in de vallei tussen de twee heuvelruggen. In Mesnil-sous-les-Côtes waar de eerste heuvelrug in de vlakte versmelt, gaan we de tweede heuvelrug omhoog. Boven bereiken we de ‘Tranchée de Calonne’. Opnieuw fietsen we op de heuvelrug maar nu terug in richting van Hattonchâtel. De uiterst heuvelachtige weg deint over 12 km wel twintig maal op en neer. Op één der kruispunten staat een kruisbeeld dat verwijst naar de dood van Alain Fournier, luitenant van het 288ste infanterieregiment en auteur van ‘Grand Meaulnes’. De eigenlijke site, waar zijn lichaam en die van 20 kompanen zijn gevonden, bereiken we via een monumentaal aangelegde bosweg net voor het volgende kruispunt. We verlaten deze martelarenweg langs de D101 die in een valleitje daalt en uitkomt in het dal van de Creue. We fietsen onder de TGV-lijn door naar Chaillon waar we een bezoek brengen aan de geitenkaasboerderij. Heudicourt-sous-les-Côtes bereiken we door een laatste heuvelkam over te steken. In de afdaling krijgen we een machtig panorama op het dorp tussen de mirabellenplantages en het achterliggende meer van Madine.
Vandaag kiezen we voor een combinatie van de fietstochten 12 en 13 die tochten beschrijven door de Côtes de Meuse. Hiervoor fietsen we naar Vigneulles-lès-Hattonchâtel aan de voet van deze Maasheuvels. De weg loopt lang rechtuit op de heuvels toe. Het silhouet van Hattonchâtel, met versterkingsmuren, kerk en kasteel boven op de eerste heuvelflank, steekt boven Vigneulles uit en is dan ook al van ver zichtbaar. In de helse klim naar boven ligt langs de weg een open wasbekken uit natuursteen. Het dorpje ligt op een smalle heuvelrug. De weg splitst midden in het kleine middeleeuwse dorp en komt voor het kasteel weer samen. Hier heb je een uniek uitzicht op de vlakte van Woëvre en het meer van Madine. Het kasteeldorp boven en het dorpje Hattonville aan de voet van de heuvel zijn vernoemd naar Hatton, bisschop van Verdun in 870. De westelijke slotgracht, de toegangspoort en delen van de noordelijke en zuidelijke muur zijn nog authentiek middeleeuws. Aan de collegiale kerk vast ligt een klein gotisch klooster. Een doorgang onder het gemeentehuis geeft toegang tot een terras hoog boven de vlakte, met zicht op de mirabellenbomen en Vigneulles-lès-Hattonchâtel. In de doorgang ligt de toegang tot het museum ‘Maison des Arts et Traditions’. We fietsen terug naar de ingang van het dorp en nemen de weg richting Verdun, maar kiezen op de volgende splitsing voor die naar St-Rémy-la-Calonne. De wegen lopen parallel, beide over een beboste heuvelrug met ertussen de vallei van de Longeau. De andere weg noemt de ‘Tranchée de Calonne’ en is een door Calonne, minister van financiën van Lodewijk XVI, in 1786 opgerichte snelle verbinding tussen Hattonchâtel en Verdun. 25 km lang loopt deze over de heuvelrug zonder één dorp aan te doen. Wij maken gebruik van hem op onze terugtocht. St-Rémy-la-Calonne bereiken we via een superbe afdaling door een maanvormige vallei met prachtige solitaire bomen in open grasvlaktes. Midden in het dorp ligt een Frans nationaal militair kerkhof. Vanuit het volgende dorp Les Esparges loopt een weg rechts de heuvel hoog opnieuw naar een Frans nationaal militair kerkhof en een herdenkingsmonument, genre obelisk met de Franse haan erbovenop. Het is leuk fietsen in de vallei tussen de twee heuvelruggen. In Mesnil-sous-les-Côtes waar de eerste heuvelrug in de vlakte versmelt, gaan we de tweede heuvelrug omhoog. Boven bereiken we de ‘Tranchée de Calonne’. Opnieuw fietsen we op de heuvelrug maar nu terug in richting van Hattonchâtel. De uiterst heuvelachtige weg deint over 12 km wel twintig maal op en neer. Op één der kruispunten staat een kruisbeeld dat verwijst naar de dood van Alain Fournier, luitenant van het 288ste infanterieregiment en auteur van ‘Grand Meaulnes’. De eigenlijke site, waar zijn lichaam en die van 20 kompanen zijn gevonden, bereiken we via een monumentaal aangelegde bosweg net voor het volgende kruispunt. We verlaten deze martelarenweg langs de D101 die in een valleitje daalt en uitkomt in het dal van de Creue. We fietsen onder de TGV-lijn door naar Chaillon waar we een bezoek brengen aan de geitenkaasboerderij. Heudicourt-sous-les-Côtes bereiken we door een laatste heuvelkam over te steken. In de afdaling krijgen we een machtig panorama op het dorp tussen de mirabellenplantages en het achterliggende meer van Madine.

Open vlakte en dichte bossen
Voor deze tocht door de vlakte van de Woëvre fietsen we opnieuw naar Vigneulles-lès-Hattonchâtel. In de vlaktes ten zuiden van deze Maasheuvels staan vooral Mirabelplantages, ten westen vind je buiten de mirabellen ook druivenstokken. De naam Vigneulles verwijst trouwens naar de door de Romeinen aangeplante wijngaarden. We fietsen ditmaal beneden over de D 908 aan de westelijke flank van de Côtes de Meuse voorbij. Hattonville ligt aan de voet van de heuvel met daarop het kasteel Hattonchâtel. Het volgende dorpje Viéville-sous-les Côtes fietsen we binnen. Tegenover een bijzonder mooi wasbekken ligt de kleine wijnkelder ‘L’Aumonière’. Twee broers bottelen daar wijn en eau-de-vie op basis van mirabellen en stellen de kelder vrij open voor proefsessies. Ook het volgende dorp Billy-sous-les-Côtes rijden we binnen en treffen daar een identiek wasbekken aan. Wanneer we later de eerste weg opdraaien in St-Maurice-sous-les-Côtes ligt links in de heuvelflank een Duits oorlogskerkhof. Sobere zwarte kruisjes staan in bogen opgesteld omheen een groot kruis. We fietsen doorheen het dorp terug naar de hoofdweg waar zich een café bevindt. We keren de Maasheuvels de rug toe en komen over een lange rechte weg door de vlakte van Woëvre in Woël. Geen plantages meer, maar vlakke open velden en weiden. De weg splitst zich in het dorp waardoor het een soort trechtervormig uitzicht krijgt, breed uitlopend met een beek opzij. Bij een kruispunt met de D 904 staat een beetje verborgen de versterkte Romaanse kerk St-Gorgon met robuuste vierkanten toren. We blijven ons rechtdoor verplaatsen over een lang vals plat. In Jonville-sur-Woëvre een dorp met straten in dambordplan nemen we de afslag naar Lachaussée aan de gelijknamige vijver. De weg met wandelpad langs loopt een heel stuk langs de wel 7 km lange vijver op. Op het pad merken we de geel-rode verftekens op van de GRP (Grand Randonné de Pays) die door de bossen onze leidraad zal zijn om terug te keren. We doorkruisen een mix aan bossen met beuken, met eiken en sparren. Tweemaal kruisen we daarbij een departementale weg. Het eerste stuk is een oude asfaltweg in erbarmelijke staat. Maar daarna vlot het goed over mooie vlakke zand- en grindwegen. Bij de eerste oversteek verwijst een bordje met picknickmand naar een houten zitbank met tafel. Na de tweede oversteek zijn de routetekens aangepast t.o.v. onze kaart en dit door de aanleg van het TGV-spoor. Na enkele lange rechte boswegen bereiken we net wanneer we het bos uitrijden opnieuw een asfaltweg. Deze volgen we, ons van het TGV-spoor verwijderend, naar Nonsard. Het dorp geeft rechtstreeks toegang tot het recreatiegebied aan het meer van Madine. In het dorp liggen dan ook een pannenkoekenhuis, een pizzarestaurant en enkele andere eethuisjes. Langs het meer doorheen het vakantiegebied keren we terug naar ons hotel in Heudicourt-sous-les-Côtes.
Voor deze tocht door de vlakte van de Woëvre fietsen we opnieuw naar Vigneulles-lès-Hattonchâtel. In de vlaktes ten zuiden van deze Maasheuvels staan vooral Mirabelplantages, ten westen vind je buiten de mirabellen ook druivenstokken. De naam Vigneulles verwijst trouwens naar de door de Romeinen aangeplante wijngaarden. We fietsen ditmaal beneden over de D 908 aan de westelijke flank van de Côtes de Meuse voorbij. Hattonville ligt aan de voet van de heuvel met daarop het kasteel Hattonchâtel. Het volgende dorpje Viéville-sous-les Côtes fietsen we binnen. Tegenover een bijzonder mooi wasbekken ligt de kleine wijnkelder ‘L’Aumonière’. Twee broers bottelen daar wijn en eau-de-vie op basis van mirabellen en stellen de kelder vrij open voor proefsessies. Ook het volgende dorp Billy-sous-les-Côtes rijden we binnen en treffen daar een identiek wasbekken aan. Wanneer we later de eerste weg opdraaien in St-Maurice-sous-les-Côtes ligt links in de heuvelflank een Duits oorlogskerkhof. Sobere zwarte kruisjes staan in bogen opgesteld omheen een groot kruis. We fietsen doorheen het dorp terug naar de hoofdweg waar zich een café bevindt. We keren de Maasheuvels de rug toe en komen over een lange rechte weg door de vlakte van Woëvre in Woël. Geen plantages meer, maar vlakke open velden en weiden. De weg splitst zich in het dorp waardoor het een soort trechtervormig uitzicht krijgt, breed uitlopend met een beek opzij. Bij een kruispunt met de D 904 staat een beetje verborgen de versterkte Romaanse kerk St-Gorgon met robuuste vierkanten toren. We blijven ons rechtdoor verplaatsen over een lang vals plat. In Jonville-sur-Woëvre een dorp met straten in dambordplan nemen we de afslag naar Lachaussée aan de gelijknamige vijver. De weg met wandelpad langs loopt een heel stuk langs de wel 7 km lange vijver op. Op het pad merken we de geel-rode verftekens op van de GRP (Grand Randonné de Pays) die door de bossen onze leidraad zal zijn om terug te keren. We doorkruisen een mix aan bossen met beuken, met eiken en sparren. Tweemaal kruisen we daarbij een departementale weg. Het eerste stuk is een oude asfaltweg in erbarmelijke staat. Maar daarna vlot het goed over mooie vlakke zand- en grindwegen. Bij de eerste oversteek verwijst een bordje met picknickmand naar een houten zitbank met tafel. Na de tweede oversteek zijn de routetekens aangepast t.o.v. onze kaart en dit door de aanleg van het TGV-spoor. Na enkele lange rechte boswegen bereiken we net wanneer we het bos uitrijden opnieuw een asfaltweg. Deze volgen we, ons van het TGV-spoor verwijderend, naar Nonsard. Het dorp geeft rechtstreeks toegang tot het recreatiegebied aan het meer van Madine. In het dorp liggen dan ook een pannenkoekenhuis, een pizzarestaurant en enkele andere eethuisjes. Langs het meer doorheen het vakantiegebied keren we terug naar ons hotel in Heudicourt-sous-les-Côtes.
Steekkaart
STANDPLAATS: Heudicourt-sous-les-Côtes (Lac de Madine)
SITUERING: Lac de Madine, 50 km ten zuidwesten van Metz
ROUTE:
ETAPPE 1: Fietsroute 16 ‘Om het Madinemeer’ = 35 km (D133 - D179 - D904 - D28 - D33 - D119 - D908)
ETAPPE 2: ‘Tour du Lac’ in combinatie met fietsroute 14 ‘Stukje regionaal Natuurpark van Lorraine’ = 63 km (rechts om meer tot D119 - D119 naar St-Mihiel, door centrum en voor Maasbrug links op jaagpad, gaat over in asfaltweg en landweg bergop, over heuvel naar Bisléé, (D171 - D7 - D183 - D12 tot Montsec - Tour du Lac rechts rond het meer)
ETAPPE 3: Onze eigen versie van de ‘Côtes de la Meuse’ gebaseerd op fietsroute 12 en 13 uit de brochure = 65 km (D908 - D179 - DS3.1 St-Remy - D154 - DS3.1 richting Verdun - DS3a Tranchée de Calonne - D101 - D162 - D901 - D133)
ETAPPE 4: Zelf geïmproviseerde fietsroute “Land van de Mirabellen in de vlakte van de Woëvre” = 58 km (D908 - D23 - D131 - in Haumont-les-Lachaussée volg de geel-rode verftekens van de ‘GRP de Woëvre’ - D179 tot Nonsard –‘ Tour du Lac’ rechts rond meer)
BEWEGWIJZERING: geen, maar zeer eenvoudig door het gebruik van genummerde departementale wegen
GPS-tracks:
www.routeyou.com/route/view/196639/fietsroute-lac-de-madine-om-het-madinemeer.nl
www.routeyou.com/route/view/196641/randonnee-a-velo-lac-de-madine-fietstocht-14.fr
www.routeyou.com/route/view/196645/randonnee-a-velo-lac-de-madine-fietstochten-12-en-13.f
www.routeyou.com/route/view/196647/cycling-route-lac-de-madine-vlakte-van-woevre.en
LOGIES: Hotel-Restaurant Lac de Madine, Rue Charles-de-Gaulle 22, F-55210 Heudicourt-sous-les-Côtes, tel: +33 3 29 89 34 80, hotel-lac-madine@wanadoo.fr, www.hotel-lac-madine.com
Andere logies: www.tourisme-meuse.com, www.toerisme-maas.com
MET DE AUTO: E25/E411 Luxemburg – A31 Metz (afrit 31) – N3 Gravelotte – D903 Mars-la-Tour – D952/D901 Vigneulles-les-Hattonchâtel – D908 Heudicourt-sous-les-Côtes = 300 km vanuit Luik of Namen
MET DE TREIN: Brussel-Zuid – Nancy Ville met overstap in Metz of Luxemburg; Nancy Ville – Commercy of via Metz en Toul naar Commercy
(fietsroute van Commercy naar Heudicourt: D8 - D130 - D178 - D12 - D908 = 25 km)
INFO: CDT Comité Départemental du Tourisme de la Meuse: Hôtel du Departement BP 514, F-55012 BAR LE DUC CEDEX, tel: + 33 3 29 45 78 40, contact@tourisme-meuse.com, www.tourisme-meuse.com, www.toerisme-maas.com
FIETSVERHUUR: Hotel-Restaurant Lac de Madine
PUBLICATIES: ‘Meuse, 24 fietstochten in de Franse Maasstreek’ en ‘Balades Découvertes’
STANDPLAATS: Heudicourt-sous-les-Côtes (Lac de Madine)
SITUERING: Lac de Madine, 50 km ten zuidwesten van Metz
ROUTE:
ETAPPE 1: Fietsroute 16 ‘Om het Madinemeer’ = 35 km (D133 - D179 - D904 - D28 - D33 - D119 - D908)
ETAPPE 2: ‘Tour du Lac’ in combinatie met fietsroute 14 ‘Stukje regionaal Natuurpark van Lorraine’ = 63 km (rechts om meer tot D119 - D119 naar St-Mihiel, door centrum en voor Maasbrug links op jaagpad, gaat over in asfaltweg en landweg bergop, over heuvel naar Bisléé, (D171 - D7 - D183 - D12 tot Montsec - Tour du Lac rechts rond het meer)
ETAPPE 3: Onze eigen versie van de ‘Côtes de la Meuse’ gebaseerd op fietsroute 12 en 13 uit de brochure = 65 km (D908 - D179 - DS3.1 St-Remy - D154 - DS3.1 richting Verdun - DS3a Tranchée de Calonne - D101 - D162 - D901 - D133)
ETAPPE 4: Zelf geïmproviseerde fietsroute “Land van de Mirabellen in de vlakte van de Woëvre” = 58 km (D908 - D23 - D131 - in Haumont-les-Lachaussée volg de geel-rode verftekens van de ‘GRP de Woëvre’ - D179 tot Nonsard –‘ Tour du Lac’ rechts rond meer)
BEWEGWIJZERING: geen, maar zeer eenvoudig door het gebruik van genummerde departementale wegen
GPS-tracks:
www.routeyou.com/route/view/196639/fietsroute-lac-de-madine-om-het-madinemeer.nl
www.routeyou.com/route/view/196641/randonnee-a-velo-lac-de-madine-fietstocht-14.fr
www.routeyou.com/route/view/196645/randonnee-a-velo-lac-de-madine-fietstochten-12-en-13.f
www.routeyou.com/route/view/196647/cycling-route-lac-de-madine-vlakte-van-woevre.en
LOGIES: Hotel-Restaurant Lac de Madine, Rue Charles-de-Gaulle 22, F-55210 Heudicourt-sous-les-Côtes, tel: +33 3 29 89 34 80, hotel-lac-madine@wanadoo.fr, www.hotel-lac-madine.com
Andere logies: www.tourisme-meuse.com, www.toerisme-maas.com
MET DE AUTO: E25/E411 Luxemburg – A31 Metz (afrit 31) – N3 Gravelotte – D903 Mars-la-Tour – D952/D901 Vigneulles-les-Hattonchâtel – D908 Heudicourt-sous-les-Côtes = 300 km vanuit Luik of Namen
MET DE TREIN: Brussel-Zuid – Nancy Ville met overstap in Metz of Luxemburg; Nancy Ville – Commercy of via Metz en Toul naar Commercy
(fietsroute van Commercy naar Heudicourt: D8 - D130 - D178 - D12 - D908 = 25 km)
INFO: CDT Comité Départemental du Tourisme de la Meuse: Hôtel du Departement BP 514, F-55012 BAR LE DUC CEDEX, tel: + 33 3 29 45 78 40, contact@tourisme-meuse.com, www.tourisme-meuse.com, www.toerisme-maas.com
FIETSVERHUUR: Hotel-Restaurant Lac de Madine
PUBLICATIES: ‘Meuse, 24 fietstochten in de Franse Maasstreek’ en ‘Balades Découvertes’