Wandelen in Zuid-Tirol: Eisacktal, das Tal der Wege
De bergen in met een wandelboek
De Brennerpas is de laagste bergpas om de Alpen over te steken. Sinds mensenheugenis lopen door het Eisacktal wegen en paden die noorden met zuiden, bergen met dalen, steden met dorpen verbinden. De honderd mooiste zijn verdeeld over tien categorieën gebundeld in een wandelboek. |
Op weg
Vorig najaar op onze Dolomietenronde per fiets kreeg ik de toen nog maar net gepubliceerde wandelgids “Wandern in Südtirol / Eisacktal, das Tal der Wege” in handen. In dit boek viel ons oog op de vierdaagse langeafstandswandeling ‘Dolorama’. Half mei zijn we ter plaatse. Vorige winter viel er echter uitzonderlijk veel sneeuw in de Dolomieten, met tot gevolg dat de noordelijke bergflanken nog met meters sneeuw en ijs bedekt zijn. Twee van de vier etappes blijken door deze omstandigheden onmogelijk te bewandelen. We hadden dit ingecalculeerd en schakelen over op plan ‘B’: ons laten leiden door de wandelgids. Het veelzijdige landschap van de 80 km lange Eisackvallei en zijn zijdalen biedt zeer gevarieerde wandelmogelijkheden. Het bovendal van de Eisack in het noorden met zijn zijvalleien Ratschings, Ridnaun, Jaufental, Pfitscher tal, Pfletscher tal wordt gekenmerkt door zijn ruw alpenlandschap van hooggebergte en gletsjers. Zuidelijker opent zich het dal met de hoogveen- en heideplateaus op de Rodenecker Alm, Lüsner Alm, Fane Alm en Villander Alm. Blikvanger in het Dolomietendal Villnöss is de Geislergroep die in het UNESCO werelderfgoed is opgenomen. De middeleeuwse stadjes Sterzing (noorden), Brixen (midden) en Klausen (zuiden), omgeven door fruitplantages, wijngaarden en kastanjes, zijn de uitgelezen oorden voor cultuur-, producten-, panorama- en valleiwandelingen. We kiezen enkele stevige wandelingen in het hoog- en middelgebergte uit de gids, maar combineren ook enkele kortere tochten uit de andere categorieën samen tot leuke dagstappers.
Vorig najaar op onze Dolomietenronde per fiets kreeg ik de toen nog maar net gepubliceerde wandelgids “Wandern in Südtirol / Eisacktal, das Tal der Wege” in handen. In dit boek viel ons oog op de vierdaagse langeafstandswandeling ‘Dolorama’. Half mei zijn we ter plaatse. Vorige winter viel er echter uitzonderlijk veel sneeuw in de Dolomieten, met tot gevolg dat de noordelijke bergflanken nog met meters sneeuw en ijs bedekt zijn. Twee van de vier etappes blijken door deze omstandigheden onmogelijk te bewandelen. We hadden dit ingecalculeerd en schakelen over op plan ‘B’: ons laten leiden door de wandelgids. Het veelzijdige landschap van de 80 km lange Eisackvallei en zijn zijdalen biedt zeer gevarieerde wandelmogelijkheden. Het bovendal van de Eisack in het noorden met zijn zijvalleien Ratschings, Ridnaun, Jaufental, Pfitscher tal, Pfletscher tal wordt gekenmerkt door zijn ruw alpenlandschap van hooggebergte en gletsjers. Zuidelijker opent zich het dal met de hoogveen- en heideplateaus op de Rodenecker Alm, Lüsner Alm, Fane Alm en Villander Alm. Blikvanger in het Dolomietendal Villnöss is de Geislergroep die in het UNESCO werelderfgoed is opgenomen. De middeleeuwse stadjes Sterzing (noorden), Brixen (midden) en Klausen (zuiden), omgeven door fruitplantages, wijngaarden en kastanjes, zijn de uitgelezen oorden voor cultuur-, producten-, panorama- en valleiwandelingen. We kiezen enkele stevige wandelingen in het hoog- en middelgebergte uit de gids, maar combineren ook enkele kortere tochten uit de andere categorieën samen tot leuke dagstappers.
Panoramawandeling Klausen → Feldthurns
[combinatie van wandelingen 67, 59, 36 en 37 (16 km)]
Voor onze eerste tocht starten we vanuit onze verblijfplaats. Het is een samenhang van de mooiste wandelwegen die Klausen met Feldthurns verbinden. Klausen is een karaktervol middeleeuw stadje met leuke boetiekjes, horecalokaaltjes en een kleine stadsbierbrouwerij. Boven het centrum op een solitaire rots tussen de valleien van Eisack en Tinn ligt de zogenaamde Akropolis van Südtirol, het imposante klooster Säben. Een trappensteeg brengt ons via de sprookjesachtige burcht Branzoll (563 m) bij de Lievevrouwenkerk (681 m). Een steil keienwegje door de wijngaarden van het klooster langs de kloostermuur leidt naar een rotstunneltje dat toegang geeft tot de binnenkoer van het klooster. De Romaanse Heiligkruiskerk (726 m) met kleurrijke fresco’s mag gezien worden. Vanaf de keermuur rond het kerkje hebben we een duizelingwekkend dieptezicht op Klausen en het Eisackdal. In het gehucht Pardell (776 m) stoten we op de Keschtnweg, een vier etappen lange meerdaagse middelgebergtewandeling door het Eisacktal. Befaamd om zijn kolossale kastanjebomen en de Torgglhoven waar men in het najaar gepofte kastanjes kan eten. We nemen de aftakking naar het dorpje Verdings (956 m). Het Romaanse St-Valentijnkerkje en de St-Georgkerk in Schnauders (1085 m), ons volgende doel, zijn geroemd om hun panorama’s op de valleien van Eisack en Villnöss. Ze zijn verbonden door een pad met de toepasselijke naam, hoe kan het anders, ‘Panoramaweg’. We dalen naar het dorp Feldthurns. Het kasteel Velthurns (16de E) was de zomerresidentie van de Brixener bisschoppen en is uit dien tijde in zijn totaliteit behouden. Voor de terugweg maken we gebruik van de recent uitgezette Laitascher wijnwandelweg. We klimmen over een rotspad met houten treden naar de wijngaardhellingen. Het pad loopt dan dwars doorheen een druivenplantage om dan opnieuw via een rotspad hoger gelegen weiden te bereiken. Net voor de toegang tot het klooster Säben hebben we de keuze om links of rechts in 30 minuten naar Klausen af te dalen. Links geniet onze voorkeur. In Klausen laten we ons neer op het terrasje van de ambachtelijk stadsbrouwerij ‘Gassl Brau’. Het bronwater gebruikt voor het brouwen stroomt onder de brouwketels door. Vernieuwend is de aangeboden Gasll Pale Ale. Verrassend, is het tegen de buitenmuur hangend straatnaambordje: ‘Rue de la Bière’.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478810/wandelroute/eisacktal-panoramaroute
[combinatie van wandelingen 67, 59, 36 en 37 (16 km)]
Voor onze eerste tocht starten we vanuit onze verblijfplaats. Het is een samenhang van de mooiste wandelwegen die Klausen met Feldthurns verbinden. Klausen is een karaktervol middeleeuw stadje met leuke boetiekjes, horecalokaaltjes en een kleine stadsbierbrouwerij. Boven het centrum op een solitaire rots tussen de valleien van Eisack en Tinn ligt de zogenaamde Akropolis van Südtirol, het imposante klooster Säben. Een trappensteeg brengt ons via de sprookjesachtige burcht Branzoll (563 m) bij de Lievevrouwenkerk (681 m). Een steil keienwegje door de wijngaarden van het klooster langs de kloostermuur leidt naar een rotstunneltje dat toegang geeft tot de binnenkoer van het klooster. De Romaanse Heiligkruiskerk (726 m) met kleurrijke fresco’s mag gezien worden. Vanaf de keermuur rond het kerkje hebben we een duizelingwekkend dieptezicht op Klausen en het Eisackdal. In het gehucht Pardell (776 m) stoten we op de Keschtnweg, een vier etappen lange meerdaagse middelgebergtewandeling door het Eisacktal. Befaamd om zijn kolossale kastanjebomen en de Torgglhoven waar men in het najaar gepofte kastanjes kan eten. We nemen de aftakking naar het dorpje Verdings (956 m). Het Romaanse St-Valentijnkerkje en de St-Georgkerk in Schnauders (1085 m), ons volgende doel, zijn geroemd om hun panorama’s op de valleien van Eisack en Villnöss. Ze zijn verbonden door een pad met de toepasselijke naam, hoe kan het anders, ‘Panoramaweg’. We dalen naar het dorp Feldthurns. Het kasteel Velthurns (16de E) was de zomerresidentie van de Brixener bisschoppen en is uit dien tijde in zijn totaliteit behouden. Voor de terugweg maken we gebruik van de recent uitgezette Laitascher wijnwandelweg. We klimmen over een rotspad met houten treden naar de wijngaardhellingen. Het pad loopt dan dwars doorheen een druivenplantage om dan opnieuw via een rotspad hoger gelegen weiden te bereiken. Net voor de toegang tot het klooster Säben hebben we de keuze om links of rechts in 30 minuten naar Klausen af te dalen. Links geniet onze voorkeur. In Klausen laten we ons neer op het terrasje van de ambachtelijk stadsbrouwerij ‘Gassl Brau’. Het bronwater gebruikt voor het brouwen stroomt onder de brouwketels door. Vernieuwend is de aangeboden Gasll Pale Ale. Verrassend, is het tegen de buitenmuur hangend straatnaambordje: ‘Rue de la Bière’.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478810/wandelroute/eisacktal-panoramaroute
Rodenecker en Lüsner Alm
[wandeling 15 (11 km); in combinatie met wandeling 14 (18,5 km]
Deze beide almen zijn ook het terrein van de eerste etappe van de meerdaagse wandelroute Dolorama die grotendeels de 2000 m hoogte overstijgt. Dit hoogveen ligt volledig in de zon en is nu in het late voorjaar haast volledig sneeuwvrij, enkel de bergtoppen vertonen nog hier en daar sneeuwvlekken. De Ronerhütte (1832 m) is één van de vier uitgebate hutten op de beide almen. Na de klim naar de Rodenecker alm gaat het alsnog, maar minder steil, hoger naar de Pianer Kreuz kapel (1901 m). Hier begint het mooiste bereik van de alm, met 360° zicht op de omliggende bergwereld. De Starkenfeldhütte (1936 m) de Rastnerhütte (1931 m) liggen maar een boogscheut uit elkaar. Bij de verst gelegen Starkenfeldhütte wappert geen vlag, het van ver zichtbare teken representatief voor een open zijnde hut. Gelukkig wappert de vlag van de Rastnerhütte (1931 m), waar we terecht kunnen op hun zonneterras. Ons plan was de Astjoch (2194 m) te bestijgen, naar de Kreuzwiesenhütte af te dalen en dan terug te keren naar de Rastnerhütte. Maar ook de Kreuzwiesenhütte blijkt nog gesloten te zijn en de eigenaar van de Rastnerhütte vindt dat de kans op onweer vandaag te groot is om in de namiddag nog de Astjoch te beklimmen. We besluiten dan maar rechtstreeks over bos- en almpaden af te dalen naar het Gasthof Tulper, ons uitgangspunt.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478812/wandelroute/eisacktal-lusneralm
[wandeling 15 (11 km); in combinatie met wandeling 14 (18,5 km]
Deze beide almen zijn ook het terrein van de eerste etappe van de meerdaagse wandelroute Dolorama die grotendeels de 2000 m hoogte overstijgt. Dit hoogveen ligt volledig in de zon en is nu in het late voorjaar haast volledig sneeuwvrij, enkel de bergtoppen vertonen nog hier en daar sneeuwvlekken. De Ronerhütte (1832 m) is één van de vier uitgebate hutten op de beide almen. Na de klim naar de Rodenecker alm gaat het alsnog, maar minder steil, hoger naar de Pianer Kreuz kapel (1901 m). Hier begint het mooiste bereik van de alm, met 360° zicht op de omliggende bergwereld. De Starkenfeldhütte (1936 m) de Rastnerhütte (1931 m) liggen maar een boogscheut uit elkaar. Bij de verst gelegen Starkenfeldhütte wappert geen vlag, het van ver zichtbare teken representatief voor een open zijnde hut. Gelukkig wappert de vlag van de Rastnerhütte (1931 m), waar we terecht kunnen op hun zonneterras. Ons plan was de Astjoch (2194 m) te bestijgen, naar de Kreuzwiesenhütte af te dalen en dan terug te keren naar de Rastnerhütte. Maar ook de Kreuzwiesenhütte blijkt nog gesloten te zijn en de eigenaar van de Rastnerhütte vindt dat de kans op onweer vandaag te groot is om in de namiddag nog de Astjoch te beklimmen. We besluiten dan maar rechtstreeks over bos- en almpaden af te dalen naar het Gasthof Tulper, ons uitgangspunt.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478812/wandelroute/eisacktal-lusneralm
Rondwandeling van Klausen over Albions en Gufidaun
[wandeling 26 (14,4 km)]
Een middelgebergtetocht in de bergflank op de linkeroever van de Eisack. We steken in Klausen (523 m) de rivier over en beginnen aan de klim naar Albions (857 m) in de steile bergflank van de Tschangberg. Zowat halverwege, nadat het pad gaat onder de peilers van de Brennerautobaan, houden we halt bij de Dürerstein. Vanaf dit uitzichtpunt over de vallei zette de toen 23 jarige schilder Albrecht Dürer in 1494, tijdens zijn reis door Italië, Klausen en het door wijngaarden omgeven klooster Säben vast op doek. Over weidewegen en rotsige bospaden wandelen we van Albions via het landgoed Fonteklaus naar Gufidaun. Fonteklaus (897 m) was oorspronkelijk een boerderij uit de 14de E, die door een edele uit Säben verschonken werd aan het klooster Neustift. In de 17de E wordt de kluis omgebouwd tot jachtslot en na de overwinning op de pestepidemie in de 18de E krijgt de kluis er de Rochuskapel bij. Na jaren van verkommering wordt de kluis van kop tot teen gerenoveerd en gaat vandaag door het leven als gasthof, waar we terecht kunnen voor een heerlijke hap of drankje met heerlijk uitzicht over de vallei. Via een zogenaamde ‘Steig’ dalen we over een rotsachtig pad naar Gufidaun (730 m). Het schilderachtige dorp bezit nog steeds zijn middeleeuwse stramien van kleine straten en de in privébezit zijnde kastelen Koburg en Schloss Summersberg. In de taverne Turmwirt zijn fresco's uit 1907 van de Oostenrijkse schilder Hugo Atzwanger te bewonderen. We dalen door een beschermd rotsgebied, over weiden, langs wijngaarden en door bos naar Klausen.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478813/wandelroute/eisacktal-klausen-albions-gufidaun
[wandeling 26 (14,4 km)]
Een middelgebergtetocht in de bergflank op de linkeroever van de Eisack. We steken in Klausen (523 m) de rivier over en beginnen aan de klim naar Albions (857 m) in de steile bergflank van de Tschangberg. Zowat halverwege, nadat het pad gaat onder de peilers van de Brennerautobaan, houden we halt bij de Dürerstein. Vanaf dit uitzichtpunt over de vallei zette de toen 23 jarige schilder Albrecht Dürer in 1494, tijdens zijn reis door Italië, Klausen en het door wijngaarden omgeven klooster Säben vast op doek. Over weidewegen en rotsige bospaden wandelen we van Albions via het landgoed Fonteklaus naar Gufidaun. Fonteklaus (897 m) was oorspronkelijk een boerderij uit de 14de E, die door een edele uit Säben verschonken werd aan het klooster Neustift. In de 17de E wordt de kluis omgebouwd tot jachtslot en na de overwinning op de pestepidemie in de 18de E krijgt de kluis er de Rochuskapel bij. Na jaren van verkommering wordt de kluis van kop tot teen gerenoveerd en gaat vandaag door het leven als gasthof, waar we terecht kunnen voor een heerlijke hap of drankje met heerlijk uitzicht over de vallei. Via een zogenaamde ‘Steig’ dalen we over een rotsachtig pad naar Gufidaun (730 m). Het schilderachtige dorp bezit nog steeds zijn middeleeuwse stramien van kleine straten en de in privébezit zijnde kastelen Koburg en Schloss Summersberg. In de taverne Turmwirt zijn fresco's uit 1907 van de Oostenrijkse schilder Hugo Atzwanger te bewonderen. We dalen door een beschermd rotsgebied, over weiden, langs wijngaarden en door bos naar Klausen.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478813/wandelroute/eisacktal-klausen-albions-gufidaun
Via de Barbian watervallen op de Rittner Horn
[combinatie van wandelingen 49 en 10 (17,3 km]
Stapzekerheid is hier vereist en last van hoogtevrees heb je beter ook niet. Dat zijn de vermeldingen in de gids voor het pad dat aan de watervallen voorbij loopt. Een pittige tocht met maar liefst 1429 meters hoogteverschil tussen het dorp Barbian (830 m) en de top van de Rittner Horn (2259 m). Rustige aanloop door weiden en mooi bospad tot de onderste waterval (1000 m) die 89 m naar beneden stort. Aan de voet van deze waterval kijken we recht omhoog naar de uitzichtbalkons in de rotswand. Via een steil rotspad bereiken we een kleinere waterval en dan nog steiler omhoog de bovenste waterval (1170 m). Een deels met touwen gezekerd pad brengt ons boven op de rotsflank en uiteindelijk op de Saubacher Kofelweg (1355 m). Deze brengt ons boven de boomgrens bij het gasthof Unterhorn (2042 m) en 30 minuten later staan we op de top van de Rittner Horn (2259 m) met zijn 360° bergpanorama. Via de Platzer Alm (2064 m) gaat het aan de Latschenölbrennerei (naaldboomoliebranderij 1858 m) en het Huber Kreuz (1624 m) terug naar Barbian (830 m).
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478824/wandelroute/eisacktal-barbianwatervallen-rittner-horn-huber-kreuz
[combinatie van wandelingen 49 en 10 (17,3 km]
Stapzekerheid is hier vereist en last van hoogtevrees heb je beter ook niet. Dat zijn de vermeldingen in de gids voor het pad dat aan de watervallen voorbij loopt. Een pittige tocht met maar liefst 1429 meters hoogteverschil tussen het dorp Barbian (830 m) en de top van de Rittner Horn (2259 m). Rustige aanloop door weiden en mooi bospad tot de onderste waterval (1000 m) die 89 m naar beneden stort. Aan de voet van deze waterval kijken we recht omhoog naar de uitzichtbalkons in de rotswand. Via een steil rotspad bereiken we een kleinere waterval en dan nog steiler omhoog de bovenste waterval (1170 m). Een deels met touwen gezekerd pad brengt ons boven op de rotsflank en uiteindelijk op de Saubacher Kofelweg (1355 m). Deze brengt ons boven de boomgrens bij het gasthof Unterhorn (2042 m) en 30 minuten later staan we op de top van de Rittner Horn (2259 m) met zijn 360° bergpanorama. Via de Platzer Alm (2064 m) gaat het aan de Latschenölbrennerei (naaldboomoliebranderij 1858 m) en het Huber Kreuz (1624 m) terug naar Barbian (830 m).
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478824/wandelroute/eisacktal-barbianwatervallen-rittner-horn-huber-kreuz
Op de Villanderer Alm
[wandeling 88 (14,3 km)]
De Villanderer Alm is een zeer uitgebreide bergvlakte, waarvan een groot deel moerassig bergveen is. Uitgangspunt is de Gasserhütte (1744 m), de hoogst mogelijk bereikbare wandelparking aan de rand van de alm. Aanvankelijk liggen verspreid meerdere almhutten. Over een knuppelpad bereiken we de almhut Am Rinderplatz (1799 m). De hut Mair in Plun (1860 m) is de derde hut met inkeermogelijkheid op het eerste stuk van de vlakte. Het gaat door een bosje hogerop waar we zicht krijgen op het tot dan nog verstoken immense almenlandschap omgrensd door twee bergruggen met de Villander Berg (2509 m) en de Kassianspitz (2581 m) als blikvangers. Ons doel is de in de verte zichtbare Stöfflhütte (2057 m). Over de omliggende bergen hebben zich donkere wolken samengetrokken. Op het moment dat we bij de hut aankomen krijgen we een fikse hagelbui over ons heen. De hut is deze week nog gesloten, maar gelukkig zijn de uitbaters aanwezig die ons toegang geven tot een blokhut met twee tafels en elektrisch vuurtje. Het keerpunt van onze tocht is de Gfohler Alm (2122 m). De vlakte voor ons loopt tot aan het bergkruis van de Jocherer Berg (2390 m). De bergtop daarachter is de Kassianspitz (2581 m). De lucht erachter ziet pikzwart. Het rommelt er, maar gelukkig keren we hier het onweer de rug toe. Onze weg ligt bezaaid met sneeuwophopingen. Op plaatsen is het sneeuwoppervlak hard genoeg om ons te dragen, maar soms zakken we er tot aan de knie in. Het knuppelpad dat ons door het hoogveen moet voeren verzinkt echter in de sneeuw en we zijn gedwongen de bredere almweg te nemen die omheen het eigenlijke veen draait. Een pad langs een beekje voert ons terug naar de Gasserhütte.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478869/fietsroute/eisacktal-villanderer-alm
[wandeling 88 (14,3 km)]
De Villanderer Alm is een zeer uitgebreide bergvlakte, waarvan een groot deel moerassig bergveen is. Uitgangspunt is de Gasserhütte (1744 m), de hoogst mogelijk bereikbare wandelparking aan de rand van de alm. Aanvankelijk liggen verspreid meerdere almhutten. Over een knuppelpad bereiken we de almhut Am Rinderplatz (1799 m). De hut Mair in Plun (1860 m) is de derde hut met inkeermogelijkheid op het eerste stuk van de vlakte. Het gaat door een bosje hogerop waar we zicht krijgen op het tot dan nog verstoken immense almenlandschap omgrensd door twee bergruggen met de Villander Berg (2509 m) en de Kassianspitz (2581 m) als blikvangers. Ons doel is de in de verte zichtbare Stöfflhütte (2057 m). Over de omliggende bergen hebben zich donkere wolken samengetrokken. Op het moment dat we bij de hut aankomen krijgen we een fikse hagelbui over ons heen. De hut is deze week nog gesloten, maar gelukkig zijn de uitbaters aanwezig die ons toegang geven tot een blokhut met twee tafels en elektrisch vuurtje. Het keerpunt van onze tocht is de Gfohler Alm (2122 m). De vlakte voor ons loopt tot aan het bergkruis van de Jocherer Berg (2390 m). De bergtop daarachter is de Kassianspitz (2581 m). De lucht erachter ziet pikzwart. Het rommelt er, maar gelukkig keren we hier het onweer de rug toe. Onze weg ligt bezaaid met sneeuwophopingen. Op plaatsen is het sneeuwoppervlak hard genoeg om ons te dragen, maar soms zakken we er tot aan de knie in. Het knuppelpad dat ons door het hoogveen moet voeren verzinkt echter in de sneeuw en we zijn gedwongen de bredere almweg te nemen die omheen het eigenlijke veen draait. Een pad langs een beekje voert ons terug naar de Gasserhütte.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478869/fietsroute/eisacktal-villanderer-alm
Van Natz door de Rienzschlucht naar de burcht Rodeneck en terug
[wandeling 46 (14,4 km)]
De wandeling door de wildromantische Rienzschlucht mag niet ontbreken. De Rienz is de rivier die de Pustervallei vormt en in Brixen in de Eisack stroomt. Op deze wandeling steken we tweemaal de rivier over na een fikse afdaling. Het dal uit gaat telkens via een gepeperde klim over extreem steile rots- en bospaden. Vanuit Natz (889 m) gaat het onmiddellijk de dieperik in. Eerst over een bosweg, daarna over een haarspeldenrijk bospad. In de eerste klim, na het oversteken van de wandelbrug (590 m) de vallei uit houden we halt bij de Niedristhof, een boerderij-gasthof waar we plaatsnemen aan de met wijnranken overtrokken houten picknicktafels. De boerderij ligt op een alm met indrukwekkend valleizicht. We volgen even de toegangsweg en nemen dan een pad steil omhoog aan de rand van een weide, overgaand in een bospad dat ons bij de Kreuzstöckle kapel brengt (984 m). We nemen het pad richting Rodeneck dat hoog boven de vallei in de bosflank loopt. Er volgt het ene kippenvelpanorama na het andere, met de burcht Rodeneck als blikvanger. Op een splitsing nemen we het pad naar het dorpje Vill, dat deel uitmaakt van het in het boek vermelde bijenpad. Geregeld staan er infoborden die alle aspecten van de bijen aanhalen. Dit pad snijdt de Schanner Bach (785 m), een zijriviertje van de Rienz. We wandelen door een haast oerwoudachtige omgeving van dichtbegroeid gebladerte. Via een weeral steil weidepad bereiken we het dorpje Vill (887 m) en de burcht Rodeneck. Vanaf de burcht gaat het in één streep naar beneden, waar we opnieuw de Rienz oversteken (662 m). Naar boven begint gezapig, maar al snel gaat het over in een echte ‘Steig’. In één ruk door de bosflank omhoog naar het fruitdorpje Viums (898 m). Het klimwerk zit erop, een veldweg voert ons op het plateau, beplant met appelplantages, terug naar Vals.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478815/wandelroute/eisacktal-natz-rienzschlucht-rodeneck
[wandeling 46 (14,4 km)]
De wandeling door de wildromantische Rienzschlucht mag niet ontbreken. De Rienz is de rivier die de Pustervallei vormt en in Brixen in de Eisack stroomt. Op deze wandeling steken we tweemaal de rivier over na een fikse afdaling. Het dal uit gaat telkens via een gepeperde klim over extreem steile rots- en bospaden. Vanuit Natz (889 m) gaat het onmiddellijk de dieperik in. Eerst over een bosweg, daarna over een haarspeldenrijk bospad. In de eerste klim, na het oversteken van de wandelbrug (590 m) de vallei uit houden we halt bij de Niedristhof, een boerderij-gasthof waar we plaatsnemen aan de met wijnranken overtrokken houten picknicktafels. De boerderij ligt op een alm met indrukwekkend valleizicht. We volgen even de toegangsweg en nemen dan een pad steil omhoog aan de rand van een weide, overgaand in een bospad dat ons bij de Kreuzstöckle kapel brengt (984 m). We nemen het pad richting Rodeneck dat hoog boven de vallei in de bosflank loopt. Er volgt het ene kippenvelpanorama na het andere, met de burcht Rodeneck als blikvanger. Op een splitsing nemen we het pad naar het dorpje Vill, dat deel uitmaakt van het in het boek vermelde bijenpad. Geregeld staan er infoborden die alle aspecten van de bijen aanhalen. Dit pad snijdt de Schanner Bach (785 m), een zijriviertje van de Rienz. We wandelen door een haast oerwoudachtige omgeving van dichtbegroeid gebladerte. Via een weeral steil weidepad bereiken we het dorpje Vill (887 m) en de burcht Rodeneck. Vanaf de burcht gaat het in één streep naar beneden, waar we opnieuw de Rienz oversteken (662 m). Naar boven begint gezapig, maar al snel gaat het over in een echte ‘Steig’. In één ruk door de bosflank omhoog naar het fruitdorpje Viums (898 m). Het klimwerk zit erop, een veldweg voert ons op het plateau, beplant met appelplantages, terug naar Vals.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478815/wandelroute/eisacktal-natz-rienzschlucht-rodeneck
Dolorama etappe 4: Raschotzhütte → Lajen
De tandradbaan brengt ons vanuit Sankt Ulrich (1220 m) in weinig tijd naar het bergstation Raschötz (2092 m). De wolken hangen op zo een 3000 m want de toppen van de Geislergroep steken er net in. We stijgen onmiddellijk boven de boomgrens uit richting Außerraschötz (2281 m), ook wel de ‘Heiligkreuzberg’ genoemd vanwege het grote Christuskruis erop. Door zijn gemakkelijke haalbaarheid een zeer geliefd uitstapdoel voor groot en klein. Deze bergtop geeft een grandioos panorama. Helemaal beneden ligt het Eisacktal, voor ons de vergletsjerde Zillertaler Alpen. Een paar honderd meters van de top staat de Raschotzhütte en verderop aan de Tonwand, een rotswand, de Raschötzkapel. Via een pad tussen grote losse granietstenen dalen we langs de wand naar de beboste bergpas Pinelder Sattel (1870 m). We dalen kilometerslang door naaldwoud overgaand in gemengd woud naar het aan de ingang van het Grödertal gelegen houtsnijderdorp Lajen (1089 m). Hier ligt het eindpunt van de Dolorama wandelroute. We kunnen de bus nemen, maar verkiezen via Albions (882 m) naar Klausen af te dalen. Net voorbij het dorp zien we aan de overzijde van het Eisacktal de gigantische waterval van Barbian en staren nog altijd vol ongeloof naar de onwaarschijnlijk steile rotswand langs waar we naar boven gegaan zijn.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478817/wandelroute/eisacktal-raschotzhutte-klausen
De tandradbaan brengt ons vanuit Sankt Ulrich (1220 m) in weinig tijd naar het bergstation Raschötz (2092 m). De wolken hangen op zo een 3000 m want de toppen van de Geislergroep steken er net in. We stijgen onmiddellijk boven de boomgrens uit richting Außerraschötz (2281 m), ook wel de ‘Heiligkreuzberg’ genoemd vanwege het grote Christuskruis erop. Door zijn gemakkelijke haalbaarheid een zeer geliefd uitstapdoel voor groot en klein. Deze bergtop geeft een grandioos panorama. Helemaal beneden ligt het Eisacktal, voor ons de vergletsjerde Zillertaler Alpen. Een paar honderd meters van de top staat de Raschotzhütte en verderop aan de Tonwand, een rotswand, de Raschötzkapel. Via een pad tussen grote losse granietstenen dalen we langs de wand naar de beboste bergpas Pinelder Sattel (1870 m). We dalen kilometerslang door naaldwoud overgaand in gemengd woud naar het aan de ingang van het Grödertal gelegen houtsnijderdorp Lajen (1089 m). Hier ligt het eindpunt van de Dolorama wandelroute. We kunnen de bus nemen, maar verkiezen via Albions (882 m) naar Klausen af te dalen. Net voorbij het dorp zien we aan de overzijde van het Eisacktal de gigantische waterval van Barbian en staren nog altijd vol ongeloof naar de onwaarschijnlijk steile rotswand langs waar we naar boven gegaan zijn.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478817/wandelroute/eisacktal-raschotzhutte-klausen
Van de Fane Alm naar de Wilden See (Wilde Kreuzspitze)
[wandeling 45 (15 km), inclusief bergtop Wilde Kreuzspitze wandeling 5 (17 km]
Deze alpine wandeling maakten we enkele jaren terug, nog voor er sprake was van deze gids. Een spectaculaire bergtocht die zijn plaats dubbel en dik verdient in deze wandelgids. Midden oktober, een zuivere helblauwe lucht en het uitblijven van sneeuw in de bergen is voor ons het teken om deze wandeling te maken naar de bergpas Rauchtaljoch, met 2808 m de grootste hoogte op de Pfunderer Höhenweg. Startplaats is de parking op de Fane Alm (1739 m). Deze ligt hoog boven Vals, het laatste dorpje aan de Valserbach. We wandelen via een houten brug over het bergriviertje naar een wit kapelletje en een tiental hutten. Sommige zijn ingericht als Jausenstations waar vlaggenstokken met wapperende roodwitte vlaggen aangeven dat de hutten voor gasten geopend zijn. Wandelweg 17 wint snel hoogte, eerst over de alm, vervolgens over het Platten, een plat, om uiteindelijk een klamm, een rotsige leisteenkloof, in te trekken. In groot verval stort de Valserbach zich naar beneden om uiteindelijk in een brede waterval neer te ploffen. Waar de kloof opnieuw verbreedt (1972 m) kiezen we voor wandelweg 18 die een karrenweg links omhoog volgt naar de Labesebenalm (2136 m). We kruisen een beek met heerlijk zacht drinkbaar water die van de bergflank naar beneden stort. In serpentines gaat het alsmaar hoger. Niet echt nodig, maar voor onzekere wandelaars is de passage over de smalle richel beveiligd met een kabel. De beek volgend krijgen we toegang tot de Wilder See (2532 m). We gaan rechts omhoog en komen op een uitloper van een heuvelrug hoog boven het bergmeer terecht. Aan de overzijde boven de andere oever tekent een dunne streep in de bergflank van de Sengesspitze (2268 m) het smalle pad af waarover de Pfunderer Höhenweg zijn weg zoekt. Beide paden komen samen op het Rauhtaljoch (2808 m), het bergzadel tussen de Wilder See en de Pfannealm. Daar vandaan hebben wij zicht op de Zillertaler gletsjerbergen Hochferner, Hochfeiler en Hoher Weisszint. Vanaf de bergpas kan je in twee uur heen en weer naar de Wilde Kreuzspitze (3132 m). De afdaling naar de Pfannealm is steil en loopt om te beginnen omheen een gletsjer. Een bord waarschuwt voor spleten, maar sporen in de hard bevroren verse sneeuw vertellen ons dat de gemakkelijkere afdaling over het ijs vandaag mogelijk is. In serpentines verder de rotswand afdalend bereiken we uiteindelijk de alm die door een bergcircus omsloten is. De opvallend bleker uitziende bergtop is de Sandjoch. De alm heeft de vorm van een pan, de steel vormt de versmalling richting Valserbach. Op het uiteinde van de alm staat de Brixner Hütte. Uren vertoeven we op het zonrijke zuidelijk georiënteerde terras met zicht op een tiental achter elkaar liggende bergkammen in het verlengde van het diepe dal van de Valserbach. Binnen speelt een accordeon. Wijn, bier en grappa zorgen voor stemming, zang en dans. De zon zakt al achter de bergen wanneer we de gemakkelijke afdaling aanvatten door de kloof van de Valserbach. Een uurtje later staan we bij het oude dorp op de Fane Alm … drie vlaggen zijn gehesen.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478820/wandelroute/eisacktal-fane-alm-wilden-see-wilden-kreuzspitze
[wandeling 45 (15 km), inclusief bergtop Wilde Kreuzspitze wandeling 5 (17 km]
Deze alpine wandeling maakten we enkele jaren terug, nog voor er sprake was van deze gids. Een spectaculaire bergtocht die zijn plaats dubbel en dik verdient in deze wandelgids. Midden oktober, een zuivere helblauwe lucht en het uitblijven van sneeuw in de bergen is voor ons het teken om deze wandeling te maken naar de bergpas Rauchtaljoch, met 2808 m de grootste hoogte op de Pfunderer Höhenweg. Startplaats is de parking op de Fane Alm (1739 m). Deze ligt hoog boven Vals, het laatste dorpje aan de Valserbach. We wandelen via een houten brug over het bergriviertje naar een wit kapelletje en een tiental hutten. Sommige zijn ingericht als Jausenstations waar vlaggenstokken met wapperende roodwitte vlaggen aangeven dat de hutten voor gasten geopend zijn. Wandelweg 17 wint snel hoogte, eerst over de alm, vervolgens over het Platten, een plat, om uiteindelijk een klamm, een rotsige leisteenkloof, in te trekken. In groot verval stort de Valserbach zich naar beneden om uiteindelijk in een brede waterval neer te ploffen. Waar de kloof opnieuw verbreedt (1972 m) kiezen we voor wandelweg 18 die een karrenweg links omhoog volgt naar de Labesebenalm (2136 m). We kruisen een beek met heerlijk zacht drinkbaar water die van de bergflank naar beneden stort. In serpentines gaat het alsmaar hoger. Niet echt nodig, maar voor onzekere wandelaars is de passage over de smalle richel beveiligd met een kabel. De beek volgend krijgen we toegang tot de Wilder See (2532 m). We gaan rechts omhoog en komen op een uitloper van een heuvelrug hoog boven het bergmeer terecht. Aan de overzijde boven de andere oever tekent een dunne streep in de bergflank van de Sengesspitze (2268 m) het smalle pad af waarover de Pfunderer Höhenweg zijn weg zoekt. Beide paden komen samen op het Rauhtaljoch (2808 m), het bergzadel tussen de Wilder See en de Pfannealm. Daar vandaan hebben wij zicht op de Zillertaler gletsjerbergen Hochferner, Hochfeiler en Hoher Weisszint. Vanaf de bergpas kan je in twee uur heen en weer naar de Wilde Kreuzspitze (3132 m). De afdaling naar de Pfannealm is steil en loopt om te beginnen omheen een gletsjer. Een bord waarschuwt voor spleten, maar sporen in de hard bevroren verse sneeuw vertellen ons dat de gemakkelijkere afdaling over het ijs vandaag mogelijk is. In serpentines verder de rotswand afdalend bereiken we uiteindelijk de alm die door een bergcircus omsloten is. De opvallend bleker uitziende bergtop is de Sandjoch. De alm heeft de vorm van een pan, de steel vormt de versmalling richting Valserbach. Op het uiteinde van de alm staat de Brixner Hütte. Uren vertoeven we op het zonrijke zuidelijk georiënteerde terras met zicht op een tiental achter elkaar liggende bergkammen in het verlengde van het diepe dal van de Valserbach. Binnen speelt een accordeon. Wijn, bier en grappa zorgen voor stemming, zang en dans. De zon zakt al achter de bergen wanneer we de gemakkelijke afdaling aanvatten door de kloof van de Valserbach. Een uurtje later staan we bij het oude dorp op de Fane Alm … drie vlaggen zijn gehesen.
GPS-track: www.routeyou.com/nl-it/route/view/5478820/wandelroute/eisacktal-fane-alm-wilden-see-wilden-kreuzspitze
Praktisch
WANDELBOEK: Wandern in Südtirol - Eisacktal, das Tal der Wege (uitgave 2017 door Eisacktal Marketing KGmbH, Großer Graben 26a, 39042 Brixen).
Bij iedere wandeling staat er een fiche met hoogteprofiel, tijdsduur, hoogtemeters stijgen en dalen, lengte, moeilijkheidsgraad en startpunt. Een QR-code (scannen) maakt het mogelijk de wandelkaart op de smarthphone te laden.
De 100 wandelingen zijn onderverdeelt in 10 thema’s, 10 wandelingen per thema: Alpine wandelingen (1→10), Alm- en bergwandelingen (11→20), middelgebergtewandelingen (21→30), de mooiste wandelwegen (31→40), wandelen aan het water (41→50), wegen met regionale producten (51→60), cultuurwandelingen (61→70), leerpaden (71→80), wandelen met kinderen (81→90), wandelen met kinderwagens (91→100). Achteraan in de gids is er nog een overzicht en etappe-indeling van 5 meerdaagse langeafstandswandelingen die als uitgangspunt het Eisacktal hebben: Keschtnweg (4 etappen), Dolorama (4 etappen), Pfünderer Höhenweg (6 etappen), Hufeisentour (7 etappen), Tiroler Höhenweg (13 etappen).
INFO: Tourismusverein Klausen, Marktplatz 1, I-39043 Klausen, www.klausen.it
Openbaar vervoer: De wandelingen zijn te combineren met het openbaar vervoer. www.sii.bz.it en www.sad.it
WANDELBOEK: Wandern in Südtirol - Eisacktal, das Tal der Wege (uitgave 2017 door Eisacktal Marketing KGmbH, Großer Graben 26a, 39042 Brixen).
Bij iedere wandeling staat er een fiche met hoogteprofiel, tijdsduur, hoogtemeters stijgen en dalen, lengte, moeilijkheidsgraad en startpunt. Een QR-code (scannen) maakt het mogelijk de wandelkaart op de smarthphone te laden.
De 100 wandelingen zijn onderverdeelt in 10 thema’s, 10 wandelingen per thema: Alpine wandelingen (1→10), Alm- en bergwandelingen (11→20), middelgebergtewandelingen (21→30), de mooiste wandelwegen (31→40), wandelen aan het water (41→50), wegen met regionale producten (51→60), cultuurwandelingen (61→70), leerpaden (71→80), wandelen met kinderen (81→90), wandelen met kinderwagens (91→100). Achteraan in de gids is er nog een overzicht en etappe-indeling van 5 meerdaagse langeafstandswandelingen die als uitgangspunt het Eisacktal hebben: Keschtnweg (4 etappen), Dolorama (4 etappen), Pfünderer Höhenweg (6 etappen), Hufeisentour (7 etappen), Tiroler Höhenweg (13 etappen).
INFO: Tourismusverein Klausen, Marktplatz 1, I-39043 Klausen, www.klausen.it
Openbaar vervoer: De wandelingen zijn te combineren met het openbaar vervoer. www.sii.bz.it en www.sad.it
LOGIES:
Wij logeerden in: Hotel Der Rierhof: Fragburg 7, I-39043 Klausen (BZ), +39 0472 847454, www.rierhof.it Het hotel ‘Der Rierhof’, een echte aanrader kwaliteit/prijs, ligt op 150 m van de busopstapplaats Klausen Frag; naar het treinstation en het daarbij gelegen autobusstation Klausen ABHF zijn het 15 minuten wandelen. |